Onder de Diemenaren uit andere landen zijn er velen die zich door hun afkomst verbonden voelen met Suriname, de Antillen of Indonesië: landen met een historische band met Nederland. Daarnaast zijn er ook velen die in andere verre of minder verre landen geboren zijn. Of van wie de ouders of grootouders van elders hierheen gekomen zijn. Uit Turkije bijvoorbeeld of uit Marokko; uit Engeland of Polen, uit Portugal of Ghana, uit Somalië of Syrië, uit China of uit Irak. In totaal gaat het in Diemen om meer dan tachtig verschillende landen van herkomst.
Vooral de laatste vijftig jaar zijn er veel nieuwkomers bijgekomen. Onder hen trouwens ook heel wat Amsterdammers en andere Nederlanders. Maar ook in een verder verleden kwamen mensen van elders naar Diemen. Om er werk te vinden, bijvoorbeeld als maaier bij een boer. Of als arbeider bij een van de fabrieken of bedrijven die zich vanaf het begin van de 20ste eeuw in Diemen hadden gevestigd. Anderen kwamen hier wonen omdat er in Diemen een woning beschikbaar was. En in 1920 werden drie kinderen uit het door hongersnood geteisterde Oostenrijk in Diemense gezinnen opgevangen. Onder hen Anton Krenn, die als pleegkind op de boerderij van de familie Van der Schot kwam inwonen. Terwijl in de jaren ’30 een heel aantal joodse vluchtelingen uit nazi-Duitsland hier een veilig onderdak vonden. Dat veilig was helaas maar tijdelijk, want toen de Duitsers in 1940 ons land overweldigden was het met hun veiligheid gedaan.
Maar pas vanaf de jaren ’70 werd Diemen echt een ‘global village’, een werelddorp met nieuwkomers uit heel veel verschillende culturen. Velen waren gastarbeiders, zoals dat toen heette. Zoals een aantal Marokkaanse mannen die begin jaren ’70 kwam werken in de mosterdfabriek van Luycks aan de Diemense Stammerdijk. Anderen begonnen hier een restaurant, een winkel of een ander bedrijf. Zoals de Chinees-Indisch restaurants Happy China (in 1970 begonnen als Sing Wah) of het uit 1978 daterende Ling Hong; of een Italiaanse pizzeria, een Vietnamese loempiakraam, een Surinaams rotihuis of een Turks döner restaurant, groentewinkel of kleermakerszaak. Daarnaast is de Ghanese glazenwasser voor velen in Diemen een bekend gezicht. Nogal wat nieuwkomers zijn hun eigen land ontvlucht, omdat ze er vanwege hun geloof of politieke denkbeelden niet veilig meer waren. Zoals de Aramese (syrisch-orthodoxe) christenen uit Turkije en Syrië; of socialisten of communisten uit toen dictatoriaal geregeerde landen als Chili of Indonesië.
Ook in werelddorp Diemen gaat het samenleven van zoveel mensen met zoveel uiteenlopende culturele achtergronden niet altijd vanzelf. Taalproblemen zijn haast onvermijdelijk en op taalcursussen zwoegt menige nieuwkomer met het Nederlands. Maar ook door uiteenlopende gebruiken en gewoonten kunnen mensen voor elkaar op afstand blijven staan. Wat het inburgeren niet ten goede komt. Voor kinderen van nieuwkomers ligt dat anders, want naar school gaan is in feite inburgeren. Wat het inburgeren wél ten goede komt zijn wederzijds begrip, verdraagzaamheid én belangstelling voor de cultuur en de achtergrond van zowel de nieuwkomers, als van de bewoners van hun ‘land van aankomst’, hun nieuwe vader- of moederland: Nederland. En het is alleen in die geest dat een vrije, open en democratische samenleving kan voortbestaan. Open staan voor invloeden van buiten kunnen een werelddorp als Diemen verrijken, en wie hier het jaarlijkse wereldfestival bezoekt kan die multiculturele verrijking zien, proeven en horen.
Jaap Haag
Komt in de tijd overeen met: Tijd van televisie en computers.
Zie ook Canon van Nederland: Annie M.G. Schmidt en Veelkleurig Nederland.
Verder lezen: Tijdschrift Historische Kring Diemen, jrg 17, 2007 nr 2.