Het verschijnsel paasgebruiken in Denekamp, buurschappen en dorpen rondom Denekamp is eeuwenoud en springlevend tegelijk, gezien de steeds maar groeiende belangstelling.
De oorsprong
De oorsprong van de paasgebruiken kan nergens worden
achterhaald. Al in de Germaanse cultuur werden bij het ontwaken van
de lente vuren ontstoken. Deze rituele vuren maakten deel uit van
de lentefeesten, vaak ter ere van een godin van het leven en de
vruchtbaarheid.
Circa 800 na Chr. deed het christendom zijn intrede in onze
omgeving. Missionarissen als Liudger koppelden christelijke feesten
aan de Germaans godsdienstige gewoonten. De kerk propageerde het
paasfeest als belangrijkste viering van het kerkelijk jaar. Op
Goede Vrijdag, de vrijdag voor Pasen, herdenken christenen het
lijden en de kruisdood van Jezus. Met Pasen vieren zij Jezus'
opstanding. Tijdens het eerste concilie van Nicea (325) bepaalden
paus Sylvester samen met 318 bisschoppen dat Pasen gevierd moest
worden op de zondag na de eerste volle maan in de lente. Hoe de
vermenging van de christelijke leer met de oude cultuur precies
plaats heeft gevonden, zullen we nooit weten. Dit geldt ook voor de
herkomst van paasgebruiken zoals het eiergaddern, de
paasstaak, het paasstaak slepen en de brandende teerton. Sinds
wanneer en waarom Judas en Iskariot de "leiders" waren van de
Denekampse paasgebruiken is onbekend.
De huidige paasgebruiken
Bernard ten Breul is de oudst bekende Judas. In 1894 had hij met
Gerard Derkman van het Elferman als Iskariot de eer de
paasgebruiken te mogen leiden. De gebruiken zijn nauwelijks
veranderd. Op Palmzondag trekken Judas en Iskariot met een grote
schare kinderen door het dorp voor het eiergaddern. Waar
vroeger met name eieren werden verzameld, vraagt men tegenwoordig
geld van de bevolking om de gebruiken te bekostigen. Op
Paaszaterdag zorgt de mannelijke bevolking ervoor dat er voldoende
hout wordt opgehaald voor het paasvuur. Op de Eerste Paasdag zet
zich om 13.00 uur onder leiding van Judas en Iskariot een grote
menigte zingend in beweging richting de havezate Singraven. Daar
wordt de heersende "kasteelheer" om een paasstaak gevraagd. Deze
wijst Judas en Iskariot drie bomen aan om uit te kiezen. Judas
klimt bovenin de boom om het touw vast te maken. Ondertussen wordt
begonnen met het hakken van de boom. Daarna worden lange kettingen
gevormd van mensen die hand in hand de paasstaak naar het dorp
slepen. Dit moet voor 15.00 uur klaar zijn, iedereen dient dan bij
het paaslof in de Nicolaaskerk aanwezig te zijn. Na het paaslof
trekt men massaal naar de "poasbult" om de paasstaak, met bovenin
de teerton, te plaatsen. Wanneer deze rechtop staat, volgt het
ritueel van verkoop van de paasstaak en van de ringen van de
teerton. Tot slot nodigt Judas iedereen uit om 's avonds bij het
paasvuur aanwezig te zijn.
Gerespecteerde Denekampse families nemen taken op zich om Judas en
Iskariot te ondersteunen. Veelal wordt een taak doorgegeven van
vader op zoon. Zo zorgen de families Wintels, Grote Punt en
Rijnders al vele decennia voor het omhakken van de uitgekozen boom.
En de families Wolkotte en Oude Elferink voor het graven van het
gat voor de paasstaak. In het verleden vonden slechts drie keer de
paasgebruiken niet plaats: in 1918, het laatste jaar van de Eerste
Wereldoorlog, in 1945 toen Denekamp met Pasen werd bevrijd, en in
2001 vanwege de besmettelijke ziekte mond- en klauwzeer.
Ook in buurschappen en kerkdorpen
De paasgebruiken in buurschappen en kerkdorpen rond Denekamp kennen gelijksoortige rituelen, met dezelfde bewogenheid. Er zijn verschillen. Zo hebben in Tilligte en Beuningen Judas en Iskariot geen rol. Daar worden de gebruiken bewaakt en in ere gehouden door de poaskeals. Lattrop en Breklenkamp hebben elk één Judas, maar wel één gezamenlijk paasvuur. In de Mekkelhorst nemen ze op Paaszaterdag de paasstaak gelijk mee met het hout halen. De buurschap Noord Deurningen haalt op Eerste Paasdag met een platte wagen de paasstaak. Deze wordt meestal omgehakt door iemand die door verhuizing of trouwerij het dorp verliet of gaat verlaten. Het dorp Noord Deurningen sleept met mankracht de paasstaak naar hun paaswei. Vóór 1924 vierden de bewoners van het landgoed Singraven samen met Noord Deurningen, daarna kozen zij voor een eigen uitvoering.
Levend erfgoed
Paasgebruiken binden al eeuwen de samenleving in Noordoost Twente, ze zijn levend erfgoed geworden. De blijkbaar niet te stillen honger naar verbondenheid en oude waarden zorgt ervoor dat vele oud-inwoners voor de paasgebruiken terugkeren naar de geboortestreek. De gebruiken bieden tegenwicht aan een maatschappij waarin het "ik" in plaats van "wij" steeds belangrijker is geworden.