De spoorlijn

Vervoer en transport

Tijd van burgers en stoommachines

De aanleg van een spoorlijn is een ingrijpende gebeurtenis. Het verandert het landschap en de bestaande vervoersstructuur van een gebied. De IJssel werd van oudsher gebruikt voor het goederen- en personenvervoer. De belangrijkste verbinding over de weg was die van Wijhe naar Deventer en Zwolle. In de 19de eeuw kwamen daar de grindweg naar Raalte en de weg naar Heino bij. De beroemde herberg De Brabantse Wagen boven aan de dijk speelde een cruciale rol in het diligenceverkeer tussen Zwolle en Deventer.

Het spoor

De eerste trein in Nederland reed in 1839. Beperkte de aanleg van spoorlijnen zich in het begin tot het westen van Nederland, later kwamen er ook lijnen in andere delen van het land. In 1858 werd besloten tot de aanleg van de spoorlijn Arnhem-Zutphen-Deventer-Zwolle. De gemeente Wijhe stelde de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen voor om gedurende de periode van 20 jaar een bedrag van f 700,‒ per jaar bij te dragen onder voorwaarde dat de spoorlijn dicht langs het dorp zou komen, mèt een halte. In de nabijheid van het te bouwen station werd zelfs een groot pand neergezet dat dienst deed als kantoor voor de technische leiding van de aanleg. De naam Waterloo werd op een groot houten bord geschilderd en aan de gevel bevestigd. In 1865 was het precies 50 jaar geleden dat de slag bij Waterloo plaatsvond en waar Napoleon definitief werd verslagen. In het kantoorpand in Wijhe werkten veel Belgische ingenieurs. In 1865 werd met de aanleg van het traject begonnen. Hiertoe moest de nodige grond worden aangekocht. Eén van de eersten die grond verkocht, was Janna Hengeveld, weduwe van Bernardus Berends. Zij deed afstand van één bunder, 61 roeden en 55 ellen voor een bedrag van f 8.000,‒.

Verbeterde bereikbaarheid

Eind september 1866 waren de spoorlijn, het stationsgebouw en een goederenloods gereed. Wijhe vierde feest. Op 1 oktober 1866 arriveerde de eerste trein. Nu kon men drie keer per dag met de trein naar Zwolle of Deventer, in ongeveer 29 minuten. De spoorverbinding bracht een drastische verkorting van de reistijd voor mensen, goederen en dieren. Voor de plaatselijke spekslagerijen en de landbouwsector betekende dit een enorme vooruitgang. Van oktober tot december 1866 stapten 6.525 mensen in de trein. In het begin werden passagiers en goederen met dezelfde stoomtrein vervoerd.

Stationsgebouw

Het stationsgebouw werd eind 19de eeuw uitgebreid met een lange vleugel en een uitbouw aan de perrongevel. Op de bovenverdieping woonde de stationschef. In Wijhe is ook heel lang een kantoor van Van Gend en Loos gevestigd geweest. Midden 20ste eeuw verdwenen de stoomlocomotieven en het spoor werd geëlektrificeerd. In de jaren zeventig van de 20ste eeuw maakten technische ontwikkelingen het stationsgebouw overbodig. Afbraak van het stationsgebouw en de goederenloods volgde. Goederenvervoer via het spoor van en naar Wijhe was niet meer mogelijk. Voor het personenvervoer bewijst de spoorlijn nog alle dagen trouwe diensten.