Demka

Zware industrie

Utrecht kende in de negentiende eeuw veel staalgieterijen en machinefabrieken, zoals Smulders, Jaffa, Jansen & Sutorius, Hörmann en W.D. Hamburger. Er was veel vraag naar stoommachines en dus naar gietijzeren machine-onderdelen. Door de stijgende vraag naar gas- en elektromotoren groeide de metaalnijverheid aan het einde van de negentiende eeuw uit tot de meest succesvolle industrie van Utrecht.

Staalgieterij Demka verhuisde in 1914 vanuit Groningen naar Zuilen, aan de kruising van de spoorlijn Amsterdam-Utrecht en het Merwedekanaal. Vele arbeiders uit Groningen verhuisden mee naar Utrecht. In Zuilen werd daarom een eigen woonwijk voor het Demka-personeel gebouwd. De naam Demka was afgeleid van de eerste letters van de achternaam van de Groningse eigenaar De Muinck Keizer.

In hetzelfde jaar vestigde ook Werkspoor zich aan het Merwedekanaal . met een werkplaats voor de bouw van spoorrijtuigen en staalconstructies. De Demka was een belangrijke toeleverancier van Werkspoor. Door de komst van deze twee bedrijven en hun werknemers groeide de gemeente Zuilen van ca. 1100 inwoners in 1909 naar ca. 4000 inwoners in 1920.

In de jaren vijftig van de twintigste eeuw kreeg de Demka problemen met het werven van werknemers. Het werk was vuil en gevaarlijk en er was genoeg ander werk te vinden dat betere arbeidsomstandigheden bood. Daarom wierf de fabriek mensen in Italië, Griekenland, Spanje en Turkije. Vanaf 1965 werd er ook in Marokko personeel geworven. De Demka maakte toen al deel uit van Hoogovens. Ook Werkspoor trok gastarbeiders aan Werkspoor fuseerde in 1954 met Stork en maakt tegenwoordig deel uit van een Finse firma.

Zowel de Demka als de Utrechtse vestiging van Werkspoor zijn inmiddels gesloten.