Aan de Eekhoornweg op de Holterberg ligt een stukje Canada. Hier bevindt zich het ereveld waar de Canadese militairen liggen begraven die tijdens de Tweede Wereldoorlog omkwamen in Oost- en Noord-Nederland en Noord-Duitsland. Na de oorlog kon men in weilanden, bermen of tuinen witte houten kruisjes zien staan. Deze kruisjes markeerden de plaatsen waar geallieerde soldaten waren gesneuveld en begraven. De Canadese legerleiding kreeg opdracht een geschikte plek te vinden waar de gesneuvelden hun laatste rustplaats zouden krijgen. Na verschillende locaties op de Holterberg te hebben bezocht nam men contact op met burgemeester Enklaar, die alle medewerking toezegde. Verschillende instanties maakten bezwaar tegen de opoffering van de natuur voor het aanleggen van de begraafplaats. De definitieve plek werd uiteindelijk het terrein aan de Eekhoornweg. De heer Sterringa, hoofd van de school in Dijkerhoek, was eigenaar van de grond en was bereid tot verkoop.
1394 Gesneuvelden
De Canadezen begonnen spoedig met de inrichting van het terrein. De Commonwealth War Graves Commission nam de architectuur ter hand. Vrachtauto's reden af en aan om de gesneuvelden op te halen. Na een korte plechtigheid werden ze dan herbegraven. In totaal vonden 1394 gesneuvelden in Holten hun laatste rustplaats. De graven, eerst voorzien van witte houten kruisen, werden later vervangen door de huidige stenen grafstenen. Op 5 mei 1948 vond de eerste officiële herdenking plaats, ten teken dat de begraafplaats compleet was. Talrijke hoogwaardigheidsbekleders, onder wie prins Bernhard, waren hierbij aanwezig. Schoolkinderen legden bloemen op de graven. Het beheer en het onderhoud van de begraafplaats is nog altijd in handen van The Commonwealth War Graves Commission.
Ernest James England
Als men over de begraafplaats loopt, beseft men dat bij elke steen een persoonlijk verhaal hoort. Het verhaal van een veel te vroeg gestorven soldaat in een voor hem vreemd land. Er liggen ook enkele Canadezen die omkwamen bij de bevrijding van Holten. De 35-jarige sergeant Ernest James England van het 8th Reconnaisance Regiment sneuvelde op 8 april 1945 als eerste Canadese militair in Holten. Hij was de zoon van George en Eliza England uit Toronto en echtgenoot van Alberta E. England. Zijn regiment was een verkenningseenheid, dat de opdracht had de omgeving te onderzoeken op vijandelijke posities, voordat men overging tot de aanval. Op die 8ste april werd hun carrier op de Broekweg getroffen door een granaat. England was op slag dood. Eén van zijn medepassagiers, A.A. Bushensky, werd zwaar gewond en overleed later die dag. De granaat bleek afgeschoten te zijn door een tank van de Fort Garry Horse. De mannen kwamen dus om door eigen vuur. Bushensky ligt begraven in plot 2-H-14 en England in plot 01-A-01.
Jaarlijkse plechtigheden
Elk jaar wordt er tijdens dodenherdenking op 4 mei op de Canadese begraafplaats een plechtigheid gehouden. De Holtense schoolkinderen spelen daarbij nog steeds een centrale rol. Zo wordt de jeugd erbij bepaald dat vrede en vrijheid niet vanzelfsprekend zijn. Op kerstavond plaatsen de Holtense schoolkinderen brandende kaarsen bij alle graven. Eenmaal in de 5 jaar vinden speciale herdenkingen plaatst. Bij deze uitgebreide herdenkingen zijn Canadese veteranen, Canadese en Nederlandse hoogwaardigheidsbekleders, afgevaardigden van Nederlandse en Canadese legerleiding en vele honderden belangstellenden aanwezig. De laatste jubileumherdenking vond plaats op 4 mei 2010 en werd bijgewoond door circa 5.000 mensen. Door de jaren heen is de begraafplaats, mede door zijn uitzonderlijke ligging en zijn prachtige aanleg, een toeristische trekpleister geworden voor Holten. Gemiddeld trekt de begraafplaats 65.000 bezoekers per jaar.