Niet één uit het groepje spreekt Engels. Probleem. Tot iemand een oplossing denkt te weten: ‘Zeg Sjef, kende gij geen Engels? Gij hebt toch de Engelse ziekte gehad.’
Een grappige anekdote, maar geen waargebeurd verhaal. Het is een scène uit ‘En we duike nie mer onder’, een revue die leden van het Reusels kerkkoor tussen augustus 1945 en april 1946 in de regio ruim veertig keer op de planken brengen. Om geld in te zamelen voor het herstel van de zwaarbeschadigde kerk. Het wordt een succes, net zoals de heropvoering (‘remake’) die 75 jaar later avonden achtereen volle zalen trekt en waar ook beeldopnamen van zijn. Nergens in de Kempen wordt in 2019 de bevrijding zo uitgebreid herdacht als in Reusel. Niet vreemd, geen enkel dorp telt zo veel oorlogsslachtoffers als Reusel: enkele honderden militairen en zo’n twintig burgers. Verder worden tientallen gebouwen in de dorpskern verwoest of zwaar beschadigd, waaronder de kerk en het nonnenklooster. Britse bronnen hebben het over een mini-Stalingrad. En dit alles betreft, helaas, wél een waargebeurd verhaal.
Market Garden
Na hun landing in Normandië op 6 juni 1944 weten de geallieerden in korte tijd tot nabij de zuidgrens van Nederland te komen. Dan wordt, op 17 september 1944, vanuit Leopoldsburg (B) de operatie Market Garden ingezet, een combinatie van luchtlandingen en een grondoffensief met de bedoeling voorbij de Rijn te komen om dan, nog voor Kerst, Nazi-Duitsland definitief te verslaan. Het wordt een fiasco. De legers lopen vast en boven de rivieren houdt Duitsland stand.
Reusel valt net buiten de corridor in Noord-Brabant die met Market Garden bevrijd wordt. Het dorp zou de Britten de entree kunnen bieden voor een bevrijdingsoperatie richting Tilburg en Breda waar ze zouden kunnen aansluiten bij de Canadezen. Daarom willen de Duitsers Reusel kost wat kost verdedigen. Een hevige en langdurige strijd volgt. Pas op 3 oktober 1944 wordt het dorp bevrijd. Een groot deel van de bevolking is dan al gevlucht, vooral naar Eersel (via Postel) en naar Hooge Mierde. Anderen brengen hun dagen angstig door in schuilkelders.
De afrekening
In de chaotische weken voor de bevrijding worden op 11 augustus 1944 in kamp Vught Jan en Janus Hoeks uit Eersel terechtgesteld omdat ze twee onderduikers verborgen hebben gehouden. In Bladel lopen Hans Freericks en Wim Flipsen twee dagen voor de bevrijding de geallieerden tegemoet in een blauwe PAN-overall. Reden genoeg voor terugtrekkende Duitse militairen om hen ter plekke te executeren. Hulp aan een Amerikaanse piloot wordt op 20 september in Netersel verzetsman Fons van der Heijden fataal (Venster 38, Doorkijk 3). Vlak na de bevrijding komen nog verscheidene Kempenaren om het leven door ongelukken met achtergebleven landmijnen.
Na de overwinning van de geallieerden wordt de NSB-burgemeester van Eersel opgepakt en voor een tribunaal gebracht. Hij zit ruim twee jaar vast en wordt daarna vanwege verminderde toerekeningsvatbaarheid op vrije voeten gesteld.
In Reusel wordt na de bevrijding in een sigarenfabriek een interneringskamp ingericht voor (vermeende) NSB’ers en collaborateurs.