Met de bebouwing van de Oostermeent groeide Huizen van een klein dorp naar een grote en diverse ‘stad aan het water’. Tussen 1970 en 1990 werden ruim 10.000 woningen gerealiseerd, waardoor de bevolking in deze tijd verdubbelde van zo’n 20.000 naar bijna 42.000 inwoners. Al snel werd duidelijk dat een uitbouw van de voorzieningen nodig was om in de behoefte van deze groeiende bevolking te voorzien. Niet alleen was het aantal winkels bij de bevolkingsgroei achtergebleven, maar ook dreigde door de bouw in de Oostermeent leegstand en verpaupering in het Oude Dorp. Daarom verrees aan het begin van de jaren negentig het nieuwe Hoofdwinkelcentrum in het hart van Huizen, waar maar liefst vijftien jaar besluitvorming aan vooraf was gegaan.
Het project werd door sommigen als moderne ‘facelift’ geprezen, anderen vreesden de teloorgang van het historische karakter van het Oude Dorp. Om ruimte te maken voor het winkelcentrum was namelijk in 1984 al het oude postkantoor aan de Kerkstraat afgebroken, een monumentaal pand van architect Wijgert Kooij. Maar ook karakteristieke woonhuizen, zoals het Pand Vos aan de voormalige Speklaan (tegenwoordig: Lindenlaan 5) en de panden Kos en Koperslager op het terrein tussen Achterbaan, Kerkstraat en Middenweg moesten voor het project wijken.
In de plaats daarvan kreeg Huizen ruim 7.500 vierkante meter winkelruimte rondom het Oude Raadhuisplein, met daarboven nog eens 1.500 vierkante meter ruimte voor kantoren. Kers op de taart was de nieuwe HEMA-winkel, aangetrokken door het actieve wervingsbeleid van burgemeester Hoekzema. Ook de Albert Heijn werd flink uitgebreid. Een ander groot pluspunt was het grote aantal gratis parkeerplaatsen, zowel onder- als bovengronds. Na de realisering van het winkelcentrum verplaatste de aandacht van de gemeente zich naar het beruchte ‘Keugat’, een terrein aan de Keucheniusstraat dat meer dan twintig jaar braak heeft gelegen maar inmiddels volgebouwd is met huizen.