-
De Amsterdamse grachtengordel
Toeristen komen graag naar Amsterdam. Eén van de belangrijkste
bezienswaardigheden is de 17de-eeuwse grachtengordel. Langs de
grachten staan huizen met prachtige gevels. Samen met de bomen en
bruggen doen die het goed op de foto. Sinds 2010 staat de
grachtengordel zelfs op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. Wat maakt
de grachtengordel zo bijzonder?
De grachtengordel is een uniek stelsel van grachten, sluizen en
bruggen. Het hele plan voor deze stadsuitbreiding is bedacht op de
tekentafel: niet alleen mooi, maar vooral ook praktisch. De
goederen moeten namelijk makkelijk bij de pakhuizen gebracht kunnen
worden. Amsterdam wordt in de 17de eeuw niet voor niets het pakhuis
van de wereld genoemd. Maar het Amsterdam moet ook een fijne en
chique omgeving zijn om in te wonen.
-
De Gouden Eeuw
De grachtengordel hebben we te danken aan de bloeiende handel in
de 17de eeuw. De rijke kooplieden besturen ook de steden en de
provincies. Machtige mannen dus. De Nederlandse schepen varen door
heel Europa voor graan, hout, wol en huiden. Maar ze halen ook
kruiden en andere kostbare producten uit Azië, West-Afrika, de
Caraïben en Noord- en Zuid-Amerika.
In een korte tijd worden enkele families in Amsterdam heel erg
rijk door deze handel in exotische producten. In 1602 wordt
namelijk de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) opgericht en in
1621 de West-Indische Compagnie (WIC). Deze handelsmaatschappijen
sturen schepen naar alle hoeken van de wereld om handel te drijven
- zelfs in mensen. De goederen die de schepen mee terugnemen zijn
zeldzaam in Europa. Ze worden voor veel geld verkocht. Ook de
drooglegging van de Beemster was een goede investering. De nieuwe
vruchtbare grond bracht al snel veel geld op.
-
Amsterdam handelsstad
Amsterdam begint in de middeleeuwen als een moerassig dorp aan
de rivier de Amstel. Rond 1250 bouwen mensen een dam in de Amstel.
Die wordt de Aemster-dam genoemd en is de eerste verbinding tussen
beide kanten van de Amstel. De Dam is nu het bekendste plein van de
stad. Pas in de 17de eeuw groeit de stad uit tot een grote
handelsstad.
Handelsschepen kunnen Amsterdam gemakkelijk in- en uitvaren via
de Zuiderzee (nu IJsselmeer). Steeds meer schepen leggen aan in de
haven van Amsterdam. De bloeiende handel brengt welvaart en
voorspoed. Het rijke Amsterdam trekt eind 16de eeuw steeds meer
mensen door de godsdienstvrijheid en de handel. Maar er is binnen
de stadsmuren niet genoeg plek. Daarom bouwen mensen hun huis
buiten de stadsmuren. Dat is gevaarlijk: er is geen bescherming
tegen vijanden. De bestuurders van de stad vinden het ook niet fijn
want ze lopen belasting mis. Daarom kiezen ze voor een
stadsuitbreiding.
-
Uitbreiding van de oude stad
De grachtengordel is geen natuurlijk water, maar door de mens
gemaakt. Dit stelsel van waterwegen heeft drie functies:
waterbeheersing, transport en verdediging tegen vijanden. De ideeën
van Hendrick Jacobszoon Staets, de stadstimmerman zijn erg
belangrijk geweest voor het ontwerp. Er is zelfs een brug in de
Herengracht naar hem vernoemd.
Het nieuwe deel van de stad moet mooi worden. Deftige huizen
voor de rijke kooplieden en een plek voor de gewone arbeiders. Maar
te groot is ook niet goed. Dan wordt de stadsmuur zo lang dat je
hem niet meer goed kunt verdedigen. Samen bedenken de bestuurders
en de stadstimmerman de grachtengordel: drie grachten rondom de
oude stad en aan de rand de Jordaan. Daaromheen komt een nieuwe
stadsmuur. De uitbreiding van Amsterdam in de 17de eeuw start in
1613. Na bijna 50 jaar volgt de tweede fase. De grachten worden
doorgetrokken tot aan de andere kant van de Amstel.
-
Het ontwerp van H.J.Staets
De Gouden Bocht is één van de deftigste stukjes van de
Herengracht. Hij is niet rond, maar hoekig. Het is een idee van
stadstimmerman Staets, die het ontwerp maakt voor de
grachtengordel. Hij vindt strakke vormen mooi en praktisch. Want
aan een ronde gracht kun je geen rechte huizen zetten, dat past
niet.
Het plan voor de nieuwe stad is helder. De gracht die het
dichtst bij de oude stad ligt, moet de deftigste gracht worden: de
Herengracht. Over die gracht worden voor het eerst stenen bruggen
gebouwd, in plaats van houten. Tussen de drie grote grachten, de
Herengracht, de Keizersgracht en de Prinsengracht, komen iets
kleinere huizen. Daar kunnen bijvoorbeeld wevers en winkeliers
wonen. Zij zijn niet rijk, maar ook niet zo arm dat ze in de
Jordaan hoeven te wonen, de aparte wijk voor de gewone man. Want
arm en rijk - dat mengt niet echt.
-
De aanleg van de grachtengordel
Bij elke stadsuitbreiding schuift de grens van de stad meer
richting Haarlem. Dit is de vierde Haarlemmerpoort in 1618. Hij
maakt deel uit van de nieuwe vestingwerken die horen bij de aanleg
van de grachtengordel. In 1840 wordt deze poort vervangen door de
huidige poort aan het Haarlemmerplein.
De nieuwe vestingwerken bestaan uit een vestingwal met 26
bastions en acht poorten. Na het aanleggen van de nieuwe vestingwal
breken de arbeiders de oude wal af en beginnen met het graven van
de grachten. Het land is erg drassig in en om Amsterdam. Stenen
huizen zouden wegzakken in de bodem. Daarom slaan (heien) ze palen
zover in de grond, tot ze op een stevige grondlaag staan. Om de
grachten te kunnen graven worden delen van de stad ontruimd. De
kleine bedrijfjes, immigranten en arbeiders moeten naar de Jordaan,
de wijk voor de gewone man.
-
Een huis om mee te pronken
Grachtenpanden zijn heel hoog en herkenbaar aan een bijzondere
gevel. Er zijn verschillende soorten gevels, zoals de trapgevel,
halsgevel en klokgevel. Op de gevel zie je een hijsbalk met
daaronder een luik. Goederen of meubels worden met een touw naar
boven of beneden getakeld. Handig bij verhuizingen, want de trappen
zijn veel te smal.
Grachtenpanden hebben vaak vier verdiepingen en een tuin. Dat is
in de 17de eeuw iets nieuws, groen in de stad! Als je een dubbel
grachtenpand hebt én een koetshuis, dan wordt je huis zelfs een
stadspaleis genoemd. De onderste verdieping ligt lager dan de weg
en heet een souterrain. Daar zijn de keuken en het washok. De
bedienden hebben er een eigen ingang. De eerste etage heet de
'bel-etage'. Daar zijn de 'pronkkamers'. Je moet eerst buiten een
trap op om naar binnen te gaan. Handig voor de deftige bewoners -
als de gracht overstroomt houden zij tenminste droge voeten.
-
Wonen in een grachtenpand
Alleen de rijkste burgers, zoals kooplieden of stadsbestuurders,
kunnen in de 17de eeuw een grachtenpand kopen. Ze kosten een
kapitaal, maar dan heb je ook wat! Iedereen kan aan je huis zien
dat je veel geld hebt. Aan de Keizersgracht nummer 672 vind je het
huis van de Amsterdamse regentenfamilie Van Loon. Het is nu een
museum. Hier voel je nog steeds de sfeer van de Gouden Eeuw.
In museum Van Loon zie je prachtig zilverwerk, meubels,
porselein en natuurlijk familieportretten. Bijvoorbeeld het portret
van Willem van Loon, een van de oprichters van de VOC in 1602. De
tuin is in 17e-eeuwse stijl, met achterin het koetshuis. Een echt
stadspaleis dus. Tegenwoordig kost een appartement in een
grachtenpand aan de Keizersgracht al snel een miljoen euro of meer!
Net als in de 17de eeuw kunnen alleen heel rijke mensen dit kopen.
Je vindt dan ook veel advocaten, artsen en bedrijven in de
grachtengordel.
-
Te groot
De ontwerpers willen de grachtengordel helemaal volbouwen met
huizen. Maar er zijn niet genoeg opdrachtgevers voor het bouwen van
zulke dure panden. Een deel van de grachtengordel blijft daarom
leeg. Het stadsbestuur bedenkt daar een oplossing voor. Waar geen
huizen staan, moet een grote tuin komen: de Plantage. In deze
stadstuin kunnen rijke mensen wandelen en ontspannen.
In de Plantage komt ook een botanische tuin. Dat is een tuin met
heel bijzondere planten uit andere delen van de wereld. En in 1838
komen er ook dieren bij! Daarom heeft Amsterdam nu een dierentuin
middenin de stad, Artis. In de 20ste eeuw is er meer ruimte nodig
voor het verkeer. Bijna de helft van het vaarwater in Amsterdam
wordt gedempt om straten en parkeerplaatsen te maken. Maar gelukkig
is in 1901 de Reguliersgracht met de zeven bruggetjes gered door
fel protest van de bevolking.
Vensterplaat De Grachtengordel. Voor docenten: Vensterles groep 7-8 en VO Onderbouw. Illustratie: Jacqueline Hofstra.