In Kamp Amersfoort werd een barak ingericht voor dwangarbeiders. Ze moesten daar werken aan radio's voor de Nederlandse Seintoestellenfabriek. Een Judenkommando kreeg de zwaarste en vervelendste klussen, zoals de ontginning van een stuk bos net buiten het kamp. Anderen werden bij bedrijven in de omgeving tewerkgesteld en verbleven buiten het kamp.
Een groot aantal gevangenen werd ingezet bij de vliegbasis Soesterberg. Het werk daar was gevaarlijk door de dreiging van geallieerde bombardementen. De gevangenen werden met vrachtwagens naar en van de vliegbasis vervoerd.
Berucht was de speelgoedfabriek Alba. Daar maakten de gevangenen onder zeer slechte omstandigheden houten wagentjes en bootjes. De voormannen die het speelgoedkommando leidden, maakten hen het leven zuur.