De nieuwe grondwet van 1801 bepaalde dat ieder kerkgenootschap in het bezit bleef van wat hij bezat. Dat gold dus ook voor de kerkgebouwen.
In Voorhout bogen geleerden zich over de naasting van de kerk. De Katholieken en Hervormden zouden beide gebruik blijven maken van hetzelfde gebouw. In 1809 werd daarvoor een dubbele turfstenen muur opgetrokken. Eindelijk kon katholiek Voorhout het door hun voorvaderen gestichte kerkgebouw weer betreden. Daarmede stond Voorhout nog niet op eigen benen. Organisatorisch sprak men van de parochie Sassenheim-Voorhout.
Voorhout kende sinds 1834 al wel een eigen kapelaan: Hermannus Schenkenboom.
In 1842 wilden de Voorhouters een zelfstandige statie. Voorhout was de enige statie die nog niet was heropgericht. Het dorp moest nog enige jaren wachten voordat het zover was.