In de lente overspoelt een zee van kleur de Noordkop, door de miljoenen bloeiende narcissen, hyacinten en tulpen. De Zijpe, de Anna Paulownapolder en Het Koegras vormen samen met ruim 6000 hectare bollenvelden tegenwoordig het grootste aaneengesloten bloembollenteeltgebied ter wereld. Ook op Texel en in de Wieringermeer bloeien de bollen. De noordwestelijke polders bestonden nog geen eeuw terug grotendeels uit weide- en hooiland voor de melkveehouderij, met wat kleinschalige akkerbouw. Vanaf 1880 werd er op bescheiden schaal geëxperimenteerd met de teelt van bloembollen. De echte start kwam in de jaren '20, met de mechanisering, de toepassing van kunstmest en het diepploegen om kleiïge oppervlakten met het onderliggende zand te mengen. En met de komst van een aantal kwekerszoons uit de oude bollenstreek rond Lisse en Hillegom, waar geen plaats meer was voor bedrijfsuitbreiding.
Vanaf de jaren '60 en'70 heeft het bollenareaal zich in de Noordkop onstuitbaar uitgebreid. Ook op Texel Een deel van het oude landschap met sloten en kleine akkers verdween door de ruilverkaveling. Weidegrond werd in steeds hoger tempo omgezet in bollenvelden. Dat lag mede aan de landbouwoverschotten in de Europese gemeenschap. Van boterbergen en melkplassen kwamen superheffingen, melkquota en een steeds strengere milieubepalingen. Vooral oudere boeren en boeren met kleine bedrijven hielden het voor gezien. Boerenarbeiders voor wie geen werk meer was, vonden als pendelaars emplooi bij de Hoogovens of de fabrieken in de Zaanstreek. De bollentelers lopen voorop in mechanisering, moderne teeltmethoden, schaalvergroting en efficiencyverbetering.
Het succesverhaal heeft volgens sommigen ook een schaduwkant. Door de monocultuur ogen de bollenvelden een deel van het jaar als een grijze vlakte. Weidevogels hebben er weinig meer te zoeken. De grote behoefte aan water, het gebruik van kunstmest en tot voor kort de intensieve toepassing van chemische grondontsmettings- en gewasbeschermingmiddelen, trekken een wissel op bodem, grondwater en luchtkwaliteit, al schakelen steeds meer bollentelers over op duurzamer teeltmethoden. De bollenvelden zakken af richting Hondsbossche en kruipen omhoog langs de duinen. Daar leggen ook campings en bungalowparken een steeds groter beslag op de ruimte. Voor bollenbedrijven die willen uitbreiden, moet de Wieringermeer uitkomst brengen. Volgens de plannen moet het aan te leggen Wieringerrandmeer, naast mogelijkheden voor recreatie, watersport, toerisme en natuurontwikkeling, ook zorgen voor de watervoorziening van de bollenvelden.