De bouw van Musis Sacrum aan de Grotestraat in Waalwijk in 1878 vormde een nieuwe aanzet tot ontspanning en volksontwikkeling. Een heuse zaal voor cabaret, toneel en concert.
Initiatieven voor de bouw van een cultuurhuis zijn in de laatste decennia van de negentiende eeuw geen zeldzaam fenomeen. Ontspanning en (volks)ontwikkeling voor en door deelneming van brede lagen van de bevolking worden geprezen.
Cultuur gedijt wanneer zij gestimuleerd en gedragen wordt door voormannen. In Waalwijk zijn dat onder anderen drukker en uitgever Antoon Tielen en bestuurder Frans van Liempt die met medewerking van eigenaar Gerrits het voortouw nemen tot de komst van Musis Sacrum (aan de muzen gewijd). Een initiatief dat de overbuurman, de pastoor van de rooms-katholieke Sint-Jansparochie, niet toejuicht. Hij ziet daarin een bron van ongewenst gedrag. Gelukkig voor hem wordt in diezelfde tijd ook het gebouw de R.K Gildebond geopend, later De Gecroonde Leersse genoemd, waar in zijn ogen verantwoorde optredens plaatshebben. Musis Sacrum wordt een heuse concertzaal. Zangvereniging Liedertafel Oefening en Vermaak, stammend uit 1860, en andere verenigingen zien het als een zegen.
In Waspik betrekt huisarts Hendrik Freericks de bevolking in 1881 bij de oprichting van de vereniging Volksvlijt en Volksontwikkeling. Hij beperkt zich niet tot de oprichting van een harmonie, maar ziet ook kansen voor toneel. Daarnaast slaagt hij er in een tekenschool te stichten, een vorm van beroepsonderwijs.
Nog voor het eind van de negentiende eeuw verzorgt zangvereniging Excelsior in Capelle uitvoeringen. Niet lang daarna roepen burgemeester Baron van Heeckeren de Waliën en ondernemer Oerlemans in Vrijhoeve fanfare Sirena in het leven. Ook zangvereniging Halleluja laat zich in die tijd al horen. In de zaal van café Het Bruggetje oefent het koor.
De Tweede Wereldoorlog is uiteraard weinig inspirerend voor het verenigingsleven dat beperkingen krijgt opgelegd door de Duitse bezetter. Maar daarna bloeit het culturele leven in deze contreien als nooit tevoren op. Met de verbouwing van Musis Sacrum in 1946/1947 en het adagium 'alles wordt nieuw' wordt voortvarend aan cultuur gewerkt. Vooral de Waalwijksche Kring voor Kunst en Wetenschap uit 1945 - weldra bekend als de Kunstkring - slaagt erin bekende landelijke toneel- en cabaretgezelschappen naar Musis Sacrum te halen. Ze kan rekenen op volle zalen Ook andere, minder toegeruste zalen, zoals de Gecroonde Leersse en Thalia, brengen regelmatig uitvoeringen van muziek, dans en cabaret. Dat geldt ook voor culturele verenigingen in Sprang- Capelle en Waspik die hun thuis meestal in zalen van cafés of gemeenschapshuis hebben.
Vandaag de dag beantwoorden cultuur en kunst aan de maat der dingen. In elke kern van de gemeente Waalwijk staat een 'gemeenschapshuis', zoals 't Schooltje, De Ouwe Toren, De Rank, het Bondsgebouw in Sprang en de buurthuizen in Capelle en Vrijhoeve. Daarenboven is elk stadsdeel een theater of cultureel centrum rijk. Het sociaal-cultureel centrum Den Bolder in Waspik staat op de plaats van een voormalige school. Een gebouw dat jarenlang als jeugdcentrum floreert en uitgroeit tot trefpunt voor velen. Den Bolder dankt zijn naam aan een grote klamp aan de wal om er met tros of ketting een schip aan vast te leggen. Als symbool een ankerplaats na gedane arbeid. Historisch verwijst het naar de schippers die in Waspik hun (wal)adres hadden.
Cultureel centrum Zidewinde, passend in het drieluik met zwembad en sporthal, roept herinneringen op aan een landschappelijk gebied waar land- en akkerbouw een belangrijke bron van welvaart was en in de nabijheid van het kasteel Zuidewijn is gelegen. Theater De Leest uit 1996 dankt zijn naam aan de (houten) vorm waarover schoenen of laarzen worden gevormd. Het is de opvolger van cultureel centrum De Leest dat in 1972 aan de Mr.van Coothstraat verrees. Een centrum dat op zijn plaats het Musis Sacrum naar het culturele verleden verwees.
Al die gebouwen staan ten dienste van talloze instellingen en instituten van eigen bodem en daarbuiten, die kunst en cultuur als doelstelling uitdragen. Onder hen de meer dan een eeuw bestaande verenigingen Liedertafel Oefening en Vermaak uit Waalwijk, de christelijke zangverenigingen Excelsior en Halleluja uit Sprang- Capelle en de harmonie Volkvlijt en Volksvermaak uit Waspik.
Het gebouw achter Grotestraat 283 draagt niet meer de naam Musis Sacrum en is niet meer de aan de muzen gewijde bron van cultuur, maar die van de christengemeente de Bron.
Bijdrage: Jan Rosendaal