De spreekwoorden 'Wie het eerst komt, wie het eerst maalt', 'Dat is koren op zijn molen', 'Hij heeft een klap van de molen gekregen' en 'Dat hangt als een molensteen om zijn nek' kennen de meeste mensen wel. Al deze spreekwoorden zijn ontstaan bij molens. Vanaf de Middeleeuwen heeft de molen een belangrijke rol gespeeld.
Soorten molens
Er zijn verschillende molens. De belangrijkste zijn de wind- en de watermolen. In Drenthe hebben vooral veel windmolens gestaan. Windmolens kunnen onder andere worden gebruikt voor het malen van graan of voor industriële activiteiten. De eerste windmolen die in Drenthe gebouwd werd stond in Uffelte. Dit weten we uit een document uit 1290.
De korenmolen in het dorp
Boeren verbouwden graan op de akkers rond het dorp. Na de oogst brachten ze het graan naar de korenmolen. Daar werd het graan gemalen tot meel. Dit meel werd gebruikt voor het bakken van brood, koekjes en andere etenswaren. Sommige boeren hielden hun meel zelf, zodat ze hun eigen brood konden bakken. Andere boeren verkochten hun graan aan de bakker. De molen was dus erg belangrijk voor de voedselvoorziening in een dorp. Daarom had bijna elk dorp wel een eigen molen.
Vanaf de 13e eeuw kwamen er steeds meer molens. In 1866 waren er in Drenthe 127. Bij de molen kwamen de dorpelingen elkaar tegen. Ze moesten even wachten tot hun graan gemalen was en hadden rustig de tijd voor een praatje met de molenaar of een andere inwoner van het dorp. Het was gezellig bij de molen en mensen hoorden er het laatste nieuws van, en over, elkaar. Ook daarom was de molen belangrijk in het dorp.
Industriemolens
De wind zet de wieken van de molen in beweging. De vier wieken vormen samen het wiekenkruis dat bevestigd is in een grote houten of gietijzeren as. Op deze as zit een groot wiel, het bovenwiel, dat weer een ander wiel aandrijft. Via allerlei assen en spillen met wielen kunnen er verschillende werktuigen in de molen worden aangedreven. Zo zijn er naast de molens die graan malen bijvoorbeeld molens die olie slaan, eikenschors vermalen, papier maken, kleurstoffen fijn malen of hout zagen. Deze molens noemen we industriemolens. Vooral in de 17e en 18e eeuw kwamen er industriemolens. Mensen ontdekten dat de molen veel zwaar werk kon overnemen. De molens waren daarmee de eerste fabrieken van Drenthe.
Ten onder
Tot ver in de 19e eeuw konden molens het werk in het dorp goed doen. Maar tijdens de industrialisatie en de opkomst van stoommachines, diesel- en elektrische motoren, gebruikten steeds minder molenaars de molen om te malen. De molen werd te duur ten opzichte van de motoren en de werkzaamheden in de molen kostten te veel tijd. Graan werd vanaf die tijd gemalen in grote fabrieken en niet meer in elk dorp apart. Molens werden verwaarloosd en een deel moest worden afgebroken. Op dit moment zijn er in Drenthe nog maar 36 molens.
Aandacht voor de molen
Tegenwoordig malen steeds meer molens weer graan op de ouderwetse manier. De oudste molen die je in Drenthe kunt bezoeken is De Bente in Dalen, deze molen stamt uit 1814. Veel mensen vinden het leuk om te zien hoe dit gaat en ze kopen graag een zakje vers gemalen meel bij de molenaar. In een molen kun je veel leren over geschiedenis, energie en techniek. In Drenthe zijn ook andere molens te bezoeken.
Industrialisatie
Molenaar (1)