Textielarbeidersbond St. Lambertus

Emancipatie van de arbeiders

Tijd van burgers en stoommachines

Spin'n en weav'n is een arm leav'n, luidt een oud volksrijmpje. De situatie van de arbeiders in de textielindustrie was aan het einde van de 19de eeuw ronduit slecht. Er was sprake van erbarmelijke leefomstandigheden, met kleine behuizing, eenzijdig voedsel, gebrekkige hygiëne, lange werkdagen en lage lonen.

Kapelaan Ariens steunt de arbeiders

Om iets aan deze ongewenste toestanden te doen werden door ambachtslieden en arbeiders vakbonden opgericht. In Oldenzaal speelde de in Enschede werkzame kapelaan dr. Ariëns daarbij een belangrijke rol. Hij schreef elke woensdag in het Weekblad voor Oldenzaal een artikel, waarin hij meermaals pleitte voor het stichten van een arbeidersvereniging. Nadat in Enschede in 1891 de RK Twentsche Fabrieksarbeidersbond tot stand was gekomen, was het in 1893 in Oldenzaal ook zover. Na een vergadering, waarbij Ariëns de mensen bezielend toesprak, werd vol geestdrift besloten tot het oprichten van de afdeling Oldenzaal. Op 14 oktober 1893 was de RK werkliedenvereniging St. Joseph een feit. De bond streefde naar: het opheffen van armoede, minder arbeidsuren, betere werkomstandigheden en betere gezondheidszorg. Naast het bevorderen van het maatschappelijk en politiek bewustzijn van de arbeiders door scholing en vorming was er ook aandacht voor cultuur en ontspanning. Het doel was verheffing van het volk en emancipatie, waarbij emancipatie staat voor gelijkwaardigheid en ontwikkeling.

St. Josephgebouw

De jonge vakbond mocht zich verheugen in een grote toeloop van leden. Algauw ontstond daardoor behoefte aan een eigen gebouw. Het bestuur ging daarmee voortvarend aan het werk. In 1894 werd voor de som van f 700,‒ 2 ha grond in de Molenstraat gekocht. Door giften en het verkopen van obligaties lukte het om voldoende geld voor de bouw te verwerven. Op 1 juni 1894 werd de eerste steen gelegd en op 13 oktober 1895 was de plechtige opening in het bijzijn van kapelaan Ariëns. Het gebouw kreeg, niet verrassend, de naam St. Josephgebouw (in de volksmond werd het al gauw de Bond). Er vonden veel activiteiten plaats in het gebouw. De vakbond hield er haar vergaderingen en organiseerde er cursussen over onder meer arbeidsrecht, economische en maatschappelijke vraagstukken, spreken in het openbaar, sociale vraagstukken. Dit droeg zeer bij aan de ontwikkeling van de leden. De harmonie St. Joseph, diverse zang- toneel- en sportverenigin-gen, de Oldenzaalse revue, ze maakten in de loop der jaren allemaal gebruik van de Bond.

Stadstheater

Eind jaren zeventig was het financieel niet langer mogelijk het gebouw te exploiteren. Het werd verkocht aan de heer Borghuis, die er een disco van maakte. Toen ook daar de klad in kwam, werd het pand verbouwd en uitgebreid tot een volwaardig theater met de naam, hoe kan het ook anders, Stadstheater de Bond. Bijzonder is dat de oorspronkelijke gevel bleef behouden, en niet, zoals maar al te vaak gebeurde, werd opgeofferd aan de vooruitgang.