Op 18 juni 1932 landde de Graf Zeppelin op het vliegveld Twente. Het luchtschip maakte een rondvlucht boven Nederland en hier stapte Prins Hendrik aan boord. Op het vliegveld Twente werden vanaf de opening in 1931 onder doorgaans overweldigende belangstelling, grootse vliegfeesten en -demonstraties gehouden.
Vliegveld Twente
Sinds 1920 werd in Twente overlegd over een vliegveld. De
gemeenten kwamen uit op een terrein van 64 ha in de driehoek
Hengelo-Oldenzaal-Enschede. De gemeente Almelo trok zich vervolgens
terug. De aanleg- en exploitatiekosten van het vliegveld kwamen
uiteindelijk voor 58% voor rekening van de gemeente Enschede, voor
24% van de gemeente Hengelo, en voor Oldenzaal en een aantal andere
gemeenten (waaronder Lonneker) naar rato van hun inwonertal. In
1931 werd het vliegveld geopend. Burgemeester Bergsma zei: "Juist
nu in de malaise moeten wij werken aan de verkeersoutillage van
Twente ten bate van landbouw, nijverheid en handel […] Met de
Twenthekanalen, met de straat- en de spoorwegen moet de luchtweg
Twente vooruit brengen en vooraan houden.
In 1932 startte de KLM met een dienst Twente-Schiphol, later soms
ook met Groningen en Eindhoven. De resultaten waren wisselvallig.
De KLM werd geplaagd door materiaalgebrek - er verongelukten in de
jaren dertig zeker vier vliegtuigen ‒ en door concurrentie van
de Nederlandse Spoorwegen. In 1939 werd de dienst op Amsterdam
beëindigd om na WO II, eveneens met wisselend succes, nog te worden
voortgezet tot het vliegveld in 2007 werd gesloten. Enschede
Airport Twente diende de laatste jaren van zijn bestaan vooral als
startpunt voor vakantievluchten naar zuidelijker streken en voor
zakelijke vluchten. Er waren ongeveer 1.000 vliegbewegingen per
jaar.
Koninklijke Luchtmacht
Van 1945-2007 diende het terrein in hoofdzaak als vliegbasis
voor de Koninklijke Luchtmacht. Er was werkgelegenheid voor circa
1.200 werknemers. De geluidsoverlast die de straaljagers
veroorzaakten werd echter minder gewaardeerd. Voor de
burgerluchtvaart was er sprake van medegebruik. De omvang van het
terrein van de vliegbasis was in WO II door toedoen van de
bezettende macht gegroeid van 64 tot 1.600 ha. Op de zogeheten
Fliegerhorst Twente kwamen drie startbanen, tientallen
hangars en honderden andere gebouwen (die blootstonden aan vele
tientallen beschietingen en bombardementen door de geallieerden).
Zeker 70 boerderijen en tien woonhuizen werden afgebroken en
honderden percelen landbouwgrond gevorderd. Het vliegveld Twente is
vanaf het begin ook de thuisbasis geweest van de Twentse Aëroclub
en van een zweefvliegafdeling.
Twentekanaal
Een andere grote infrastructurele verbetering vormde de aanleg
van het Twentekanaal. In 1928 werd besloten tot de aanleg van het
Twentekanaal vanaf de IJssel bij Eefde naar Enschede met een zijtak
naar Almelo. In de toenmalige gemeente Lonneker werden voor de
aanleg van het kanaal 455 percelen grond onteigend, 59 huizen en 2
fabrieken afgebroken. Op 6 mei 1936 konden de eerste schepen
Enschede bereiken. Van een doortrekken naar Duitsland is het nooit
gekomen. Op de Twentekanalen voeren begin van de 21ste eeuw nog
altijd 15.000 schepen per jaar, waarvan ruim 500 tot Enschede.
Snelwegen
Pas in 1977 bereikte een zijtak van de snelweg A1 Enschede, al
had die snelweg nog wel een "gat" van Markelo tot Hengelo. In 1999
sloot de zijtak ‒ als RW 35 ‒ aan op het Duitse net. De A1 was pas
in 1989 aangesloten op Duitsland. Geleidelijk hebben de snelwegen
veel van de functie van het Twentekanaal overgenomen. De snelwegen
verbinden nu ook Enschede met de rest van Europa.