De Franse Tafel

Meierijse dorpen verzorgen het Franse leger

Tijd van pruiken en revoluties

Deze kanonskogel werd in Schijndel uit de grond gehaald. Hij herinnert aan het Franse leger van generaal Pichegru. In september 1794 veroverde hij met zijn leger de Meierij. In Frankrijk was een revolutie uitgebroken. De koning was afgezet en het volk greep de macht. De Fransen wilden 'Vrijheid, gelijkheid en broederschap' voor alle Europese volken. De Republiek der Verenigde Nederlanden en Engeland probeerden het Franse leger te stoppen. Al die vreemde soldaten hadden honger. Dat haalden ze weg bij de inwoners van de Meierij. Ze moesten duizenden hongerige soldaten van voedsel voorzien. De Schijndelaren noemden het Franse kampement op de Molenheide zelfs spottend 'De Franse Tafel'. Was het echt zo erg?

Engelse legers in de Meierij

Het leger van de Republiek en Engeland telde 41.000 soldaten. Dit leger lag bij Heeswijk en Nistelrode. Sint-Oedenrode aan de Dommel en Veghel en Erp aan de Aa waren belangrijke voorposten. Elk dorp werd met kanonnen bewaakt door meer dan tweehonderd Engelse en Hessische soldaten. Ze roofden vee, plunderden voorraadkasten in huizen leeg en mishandelden inwoners.

De strijd om Boxtel

Generaal Pichegru leidde het Franse leger, het Armée du Nord. Hij wilde de vestingsteden Den Bosch en Grave veroveren. Daarvoor moest hij de dorpen in de Meierij veroveren. Zijn doelwit was Boxtel. Toen hij het dorp veroverde, vluchtten de Engelsen naar Schijndel. Na korte gevechten bij Elde en Hermalen sloegen de Engelsen op de vlucht richting de Maas. Ook bij Sint-Oedenrode vluchtten de Engelse en Hessische soldaten. Het grote Franse hoofdleger ging via Sint-Oedenrode naar Veghel. Daar zetten de soldaten rond het dorp hun kamp op. De Fransen waren nu de baas in de Meierij.

Verwoesting

Er was veel verwoest. De Nijnselse watermolen van Wolfswinkel was afgebrand. Door het Franse kanonvuur op Veghel waren huizen beschadigd en afgebrand. En de Engelsen hadden bruggen over de Dommel en de Aa in brand gestoken. In de Knoptoren van Eerschot sloegen Franse soldaten de banken stuk om vuur te maken.

Aan het werk voor de Fransen

De aanwezigheid van al die Franse soldaten was vreselijk. Ze beroofden de dorpen van tienduizenden vaten rogge en haver, tienduizenden ponden stro en miljoenen ponden hooi. In Schijndel hadden de Fransen hun kamp op de Molenheide. De brutale Fransen haalden huizen in het dorp leeg. De Schijndelaren moesten voor hen koeien slachten en brood bakken. Ze moesten tonnen bier, hammen en spek brengen en ook nog eens met paarden en karren klusjes doen voor de Franse soldaten. Meer dan 200 Schijndelaren werden aan het werk gezet.

De Franse tafel

De plundering, roof en het werk voor de Fransen kostte Schijndel meer dan 60.000 gulden. Een gigantisch bedrag! Dat was veruit het hoogste bedrag uit de Meierij. Dat konden de Schijndelaren onmogelijk zelf betalen. Ze stuurden een klachtenbrief naar de regering. Generaal Pichegru en zijn Franse leger kwamen helemaal niet om 'Vrijheid, gelijkheid en broederschap te brengen'! Ze wilden maar één ding: eten. En de Schijndelaren moesten zorgen dat hun tafeltje gedekt bleef. Spottend spraken de Schijndelaren daarom over "De Franse Tafel".