Eeuwenlang luidden de klokken om de landman van de akker te roepen wanneer het etenstijd was, iemand overleden was of om mensen op te roepen voor de kerkgang. De leefwereld van de Ommenaren was kleinschalig en daarmee ook hun communicatie. De stadsomroeper kondigde op vaste tijden bij het stadhuis en na de kerkdienst de laatste nieuwsberichten af. De laatste klokkenluider en stadsomroeper van Ommen, Hans Visscher, was werkzaam tot en met de jaren zeventig. Tijdens vleesverkopen van de noodslachting aan het Molenpad trok Visscher met de bel door Ommen met de boodschap: "Heden verkoop van vlees over de vrijbank."
Postbezorging
De communicatie met de buitenwereld verliep van oudsher vooral
via de post. In de 18de eeuw werd de post van en naar Ommen via de
Hessenweg bezorgd door postiljons te paard en later door
postwagens. Zo reed in 1792 de postwagen van Zwolle via Ommen naar
Hamburg op zondag en woensdag. De retourpost arriveerde op dinsdag
en zaterdag.
Vanaf de Bataafs-Franse Tijd trok de overheid de taak van het
vervoer en bezorging van poststukken naar zich toe. In 1823 opende
een distributiekantoor voor de brievenpost in Ommen de deuren. Alle
post werd te voet bezorgd. In de winter vertrok de postbode veelal
in het donker en hij kwam in het donker weer thuis. De bezorger
wachtte geregeld de boeren uit de omgeving bij de kerk op om hun
een brief te overhandigen, maar sommigen weigerden uit principe
post op de dag des Heren aan te nemen.
Ook het vervoer naar andere plaatsen namen bodes voor rekening. In
1843 vertrok de bode om 01.00 uur 's nachts uit Ommen en arriveerde
om 06.30 uur in Zwolle. Hij vertrok om 10.30 uur weer uit Zwolle en
arriveerde om 16.00 uur in Ommen. Na 1850 kwamen er nieuwe
bodelopen bij van Ommen naar Dedemsvaart, Den Ham, Lemele,
Nijverdal en Lemelerveld. Vanaf 1849 werd de post tussen Zwolle en
Hardenberg met een postwagen vervoerd. Dat ging een stuk
sneller.
Post- en telegraafkantoor
In 1850 kreeg het distributiebureau de functie van hulppostkantoor. Aan het hoofd van het kantoor stond een brievengaarder. In 1881 maakte dit kantoor plaats voor een post- en telegraafkantoor aan de Kruisstraat, op de plek van de huidige VVV. Ommen kreeg daarmee aansluiting op het telegraafverkeer. De telegrambesteller, die op het Vrijthof woonde, kreeg via een speciaal aangelegde lijn letterlijk een belletje als er een telegram was binnengekomen. Veel telegrammen waren bestemd voor de Suikerfabriek in Lemelerveld. De besteller kon die voettocht wel dromen.
Telefoonaansluiting
Aan het begin van de 20ste eeuw wilde de gemeente Ommen ook een aansluiting op het telefoonnetwerk. Het postkantoor aan de Kruisstraat was voor dit doel te klein. Er kwam een nieuw postkantoor aan de Markt, dat in 1907 geopend werd. Veel Ommenaren stonden nogal afhoudend tegenover deze moderniteiten. "Wie zal in Ommen now telefoneern", klonk het spottend. "Loggie [de bezembinder] zeker, as e te völlle bessems ef." De burgemeester maakte in ieder geval dankbaar gebruik van de telefoon. Het gemeentehuis kreeg een aansluiting met als telefoonnummer 2. Na bijna 1 eeuw trouwe dienst werd het postkantoor in 2002 gesloten. 3 jaar later opende hier Brasserie Tante Pos de deuren.