De Drentsche Aa is een gebied met heel veel beekjes. Een groot gedeelte van dit gebied ligt in de gemeente Tynaarlo. Als je het gebied op de kaart bekijkt dan vormen de beekjes samen de letter A. Daarom wordt dit gebied de Drentsche Aa genoemd. Vanuit Tynaarlo kan je het gebied bezoeken.
IJstijd
De Drentsche Aa is ontstaan tijdens de ijstijd. De beekjes stroomden door dalen die eruit zien als rivieruiterwaarden. Eigenlijk zijn deze dalen grote erosiegeulen. Zij ontstonden bij de afvoer van massa's smeltwater na de derde ijstijd, het saalien. Ook zie je in dit gebied heel veel stenen. Bijvoorbeeld de hunebedden die werden gebouwd van stenen die tijdens de ijstijd hier naartoe zijn gekomen.
Jagers en boeren
In de prehistorie gingen mensen graag in dit gebied wonen. Dit waren de jagers en later de boeren. Ze konden hier goed wonen en werken. Maar ook was dit een uitstekende plek om hun doden te begraven. Daarom zie je hier nog veel hunebedden, grafheuvels en Celtic fields. Celtic fields zijn akkertjes uit de ijzertijd. Deze akkertje zijn vrij klein, 35 bij 50 meter. Op deze akkertjes verbouwden de mensen granen. Je kan de akkertjes herkennen door de wal van grond erom heen.
Kronkelende beekjes
Veel beekjes werden vroeger rechtgetrokken. De mensen deden dit zodat het water sneller weg liep. Dan was er minder kans op wateroverlast door overstromingen. De Drentsche Aa is nog wel een kronkelend beekje. Dat is heel bijzonder. Geen mens die heeft geprobeerd om de Drentsche Aa recht te maken. En nu nog steeds mogen de beekjes van de Drentsche Aa vrij door het landschap stromen.
Esdorpenlandschap
Het gebied van de Drentsche Aa is een esdorpenlandschap. Het is ook heel bijzonder dat dit nog steeds zo is. Dat hebben we ook te danken aan de Drentsche Aa. Omdat de mensen de Drentsche Aa niet recht gingen maken, bleef het landschap behouden. Een esdorpenlandschap kan je op meerdere manieren herkennen. Er zijn dorpjes met brinken. Rondom die brinken staan boerderijen. De akkers liggen op de hoger gelegen gronden. En op de lager gelegen gronden liggen de weilanden. Dit beeld zie je goed in Taarlo.
Nationaal Landschap en Nationaal Park
Vroeger dachten de mensen dat er meer dan genoeg natuur, water en ruimte op aarde was. Maar er kwamen steeds mee mensen bij. En daarom gingen mensen ook steeds meer bossen kappen. Deze ruimte werd dan gebruikt als landbouwgrond. Zo werden de bossen steeds kleiner.
Nederland wilde de bossen beschermen. Er werden 20 gebieden uitgeroepen tot Nationaal Park. Een gedeelte van de Drentsche Aa is ook een Nationaal Park. En het hele gebied van de Drentsche Aa is een Nationaal Landschap.
Een Nationaal Park bestaat alleen uit natuurgebied. Een Nationaal Landschap heeft ook bijzondere kenmerken die door de mens zijn gemaakt. Bijvoorbeeld de woningen en het landbouwgrond. De Drentsche Aa is het enigste gebied in Nederland dat zowel Nationaal Landschap als Nationaal Park is. Dit gebied wordt ook wel het Nationaal beek- en esdorpen landschap De Drentsche Aa genoemd.
Toerisme
Rondom de Drentsche Aa is veel toerisme. Toeristen zijn mensen die een reisje maken voor hun plezier. Als jij op vakantie gaat, ben jij ook een toerist.
De toeristen vinden het landschap van de Drentsche Aa erg mooi. Elk jaar bezoeken wel 1 miljoen mensen dit gebied. Vooral voor wandelaars is het een mooi gebied. Op een mooie lenteochtend krijg je hier een indrukwekkend vogelkoor te horen. In dit gebied leven een paar bijzondere vogelsoorten, zoals de watersnip. Deze vogel maakt een wel een heel bijzonder geluidje. Het klinkt als het gemekker van een geit.