Hermanna Molkenboer

Een feministische fabrikante

Tijd van burgers en stoommachines

Eén vrouw uit de geschiedenis van Oldenzaal is het memoreren meer dan waard: Hermanna Mol-kenboer. Freule Hermanna Elisabeth Trip, voor intimi Betsy, was geboren in Harlingen. Ze trouwde in 1875 met J.H. Molkenboer jr., die in 1872 de failliete Oldenzaalsche Stoomweverij kocht. Zij vestig-den zich in de nieuwe patricierswoning aan de Steenstraat in Oldenzaal. In 1892 overleed Molken-boer na een kortstondige ziekte. Zijn vrouw bleef achter met vier kinderen en een fabriek waar 120 mensen werkten. Hermanna Molkenboer nam zonder te aarzelen de leiding op zich van de Olden-zaalsche Stoomweverij J.H. Molkenboer jr. Zij volgde de door haar man ingezette koers door zich vooral op de binnenlandse markt te oriënteren.

Fabrikante

Hermanna slaagde erin de fabriek tot bloei te brengen. Zij legde zich toe op het verfijnen van de weefsels en op meer keuze in de producten. Linnengoed, uitzetten, tafellakens en servetten in damastweefsel met monogrammen, handdoeken, theedoeken, stofdoeken, vlaggen. Via het post-orderbedrijf, waarmee zij adverteerde in onder meer de Zwolsche Courant, wist zij klanten te trek-ken uit het hele land. De fabriek maakte ook tricotweefsels en breidde uit met een kousenbreierij en een confectieatelier. Hermanna leidde de fabriek uiteindelijk 12 jaar. Ze nam een unieke positie in binnen de verder door mannen gedomineerde wereld van Twentse ondernemers. Volgens de patriarchale rolpatronen uit die tijd hoorden vrouwen te zorgen voor de kinderen en het huishouden en voor de sociale contacten, die de positie van haar echtgenoot meebrachten. Mannen hadden de leiding van de fabriek en kwamen daardoor vaak in aanmerking voor het vervullen van politieke en maatschappelijke functies.

Feministe

Maar juist in die tijd, eind 19de eeuw, was de algemene mening heel langzaam aan het veranderen. Vrouwen wilden graag onderwijs krijgen, een beroepsopleiding volgen en economisch zelfstandig worden. Ook Hermanna voelde zich aangetrokken door de in opkomst zijnde vrouwenbeweging, later de eerste feministische golf genoemd. Zij vond scholing voor meisjes belangrijk en zorgde ervoor dat haar fabrieksmeisjes op kosten van Molkenboer vervolgonderwijs kregen bij de zusters Franciscanessen van het Antoniusklooster in Oldenzaal.

Nationale Tentoonstelling van Vrouwenarbeid

Toen in 1898 ter gelegenheid van de inhuldiging van de 18-jarige Wilhelmina als koningin de Nationa-le Tentoonstelling van Vrouwenarbeid (NTV) in den Haag werd georganiseerd, deed Hermanna Molkenboer direct mee. Zij was de enige textielfabrikant die positief reageerde op de uitnodigingen die de organisatrices van de NTV rondstuurden naar de fabrikanten in Twente. Hermanna kreeg de leiding over de industriezaal. In deze zaal toonde zij hoe bij Molkenboer de verwerking van de katoen-pluizen tot draagbaar kledingstuk verliep en welk aandeel vrouwen hierin hadden. Zij zette Oldenzaal op de kaart. John Tattersall, een machinefabrikant uit Enschede, zorgde voor de installatie van de weef- spoel- en scheermachines. De tentoonstelling werd een groot succes. In de dagbladen en in de politiek kreeg de NTV veel aandacht. De lezingen tijdens de tentoonstelling lokten veel discussies uit over de wensen van de vrouwenbeweging.

Een voorbeeld

Hermanna Molkenboer was een vertegenwoordigster van de eerste feministische golf. Onder haar directeurschap, dat gekenmerkt werd door een grote werklust en een creatieve handelsgeest, groeide de Oldenzaalsche Stoomweverij v/h J.H.Molkenboer jr uit tot een solide bedrijf. In 1902 verwierf zij voor het bedrijf het predikaat "koninklijke", een hoge onderscheiding die garant stond voor kwaliteit, soliditeit, integriteit en continuïteit. Zo bouwde zij een stevig fundament waarop haar zonen Scato en Hermanus, die in 1904 directeur werden, het bedrijf verder konden bestieren.