Hilversum, stad van geluid en beeld
Hilversum is bij veel mensen bekend als radio- en televisiestad van Nederland. De eerste radio-uitzending van het land kwam dan ook uit Hilversum. Dit was al in 1923.
Na de tweede wereldoorlog begonnen de televisie uitzendingen. Hilversum kreeg er veel banen bij door de komst van radio en tv. Het begon met de publieke omroepen zoals de VARA, KRO en de AVRO. Later kwamen er ook commerciële zenders bij bijvoorbeeld RTL4 en SBS6.
De Nederlandse Seintoestellen Fabriek
In 1918 werd de Nederlandse Seintoestellen Fabriek (NSF) opgericht door een aantal reders. De NSF maakten professionele radiozenders voor de Nederlandse Marine en Luchtvaart. Zo konden ze door middel van seinen, de telegrafie, contact maken. Philips was hierbij ook betrokken. Later maakte NSF ook artikelen voor de radioamateur. Die kon hiermee uitzendingen maken met waarin gesproken werd en muziek werd gedraaid.
De eerste uitzending
21 Juli 1923 was een belangrijke dag. Het was de eerste uitzending vanuit de Nederlandse Seintoestellen Fabriek. De eerste uitzending begon met een optreden van de Larense Jazzband ingeleid door Willem Vogt.
Verschillende omroepen
De naam van de NSF-studio werd in 1924 veranderd in Hilversumse Draadloze Omroep (HDO). Nederland wilde het liefst één overkoepelende omroeporganisatie, maar dat lukte niet. Er kwamen allemaal verschillende omroepen, elk met een eigen doelgroep. Voor de katholieken was er de KRO (1926) en arbeiders konden terecht bij de VARA. Voor de protestanten waren er twee verenigingen de NCRV (1924) en de VPRO (1926). HDO was de voorloper van de AVRO. De eerste jaren verzorgde de HDO de uitzendingen voor de andere omroepen. Later kregen de verenigingen allemaal hun eigen studio.
Er kwam concurrentie
Tot 1926 had HDO de alleenheerschappij. Dit veranderde toen de KRO en de NCRV de Nederlandse Draadloze Omroep (NDO) oprichtten. Zij verzorgden de uitzending vanaf de zendmasten in Huizen. In 1935 werden deze masten opgeblazen. Ook Philips ging vanuit Huizen uitzenden. De Philips Omroep Holland-Indië kreeg in 1937 twee nieuwe draaibare zendantennes op de Huizer Meent. Hiermee konden ze elk overzees gebied bereiken. Na 1941 werden de Phohizenders door de Duitse bezetter gebruikt.
De omroepen in de oorlog
Door de oorlog veranderde er veel voor de omroepen. De Duitsers controleerden de uitzendingen. In 1941 gingen de omroepverenigingen op in de Rijksradio 'De Nederlandse Omroep'. Er kwam steeds meer propaganda van de nazi's op de zender. De banen werden vervuld door NSB'ers en kritische medewerkers werden ontslagen. Na Dolle Dinsdag vertrokken de Duitsers bij de Nederlandse Omroep en stopte de bezetter met uitzenden. Tot het einde van de oorlog verzorgde Radio Herrijzend Nederland vanuit het Zuiden van het land de uitzendingen.
De allereerste televisie uitzending
In de jaren dertig begon Philips in Eindhoven met de ontwikkeling van de televisie. Door de oorlog werd de ontwikkeling tijdelijk gestopt. In 1951 ging de experimentele televisie van start met een televisiestudio in Bussum. Het witte kerkje Irene werd ingericht als televisiestudio. Op 2 oktober 1951 was het zover! Het allereerste programma op de televisie was in het hele land te zien, in zwart-wit. De eerste uitzending in kleur was pas 26 jaar later, op 21 september 1967.
De eerste Nederlandse Televisiestichting (NTS) nam in 1953 de uitzendingen van Philips over.
Ook televisie in Hilversum
Aan Hilversum was gevraagd om ook tv-uitzendingen te gaan verzorgen. Eerst wilde Hilversum dat niet. De gemeente vond het bouwen van huizen belangrijker. Zo kon de woningnood opgelost worden. Voor het maken van televisie was namelijk veel ruimte nodig. Maar de televisie-uitzendingen vanuit Bussum waren een groot succes. Hilversum kon ook met tv veel geld gaan verdienen. In 1954 bouwden ze 150 woningen voor medewerkers van de televisie. De rol van Bussum werd steeds kleiner en eindigde in 1980.
Mediapark Hilversum
Vanaf 1961 kwam er in Hilversum Noord een terrein speciaal voor de omroepen, het Omroepkwartier. Steeds meer bedrijven en omroepen die met radio en televisie te maken hadden verhuisden hierheen. In 1974 kwam er zelfs een treinstation Hilversum NOS. Nu heet het station Hilversum Noord. Het Omroepkwartier veranderde in Mediapark. Steeds meer bedrijven vestigen zich, variërend van publieke omroepen tot commerciële bedrijven.
Instituut voor Beeld en Geluid
Een opvallend gebouw op het Mediapark is het Instituut Beeld en Geluid. Binnenin kun je 70% van alle radio- en televisieopnames vinden. Hiervan wordt veel gebruik gemaakt door de omroepen. Het bijzonder gekleurd gebouw met de mooie gevels kun je ook zelf bezoeken. Je vindt er informatie over televisie en radio, maar je kunt ook zelf het nieuws voorlezen. Het Omroepmuseum was de voorloper van Instituut voor Beeld en Geluid. Het stond op een andere plek in Hilversum.
Het Cinecentrum
Naast de omroepen zat in Hilversum vanaf 1958 het Cinecentrum. Dit was een verzameling gebouwen waar allerlei filmbedrijven zaten. Camerateams trokken het land in en maakten filmmateriaal voor het onder andere de journaals en andere programma's. In de jaren zeventig kwam de Wisseloord studio. Dit was een volwaardige televisiestudio buiten de NOS. Door de opkomst van de professionele videocamera's voor gebruik op locatie nam het werk voor het Cinecentrum af. Met de verhuizing naar Amsterdam kwam er een einde aan het Cinecentrum.
Andere bedrijven in de regio
De NOS ging steeds meer productie zelf doen. Ook kleine particuliere bedrijven namen de productie gedeeltelijk af. In 1985 waren er wel 170 bedrijven alleen al met de productie bezig. In de regio kwamen er ook een aantal bedrijven. Een voorbeeld hiervan is de Toonderstudio die vanaf 1967 in Kasteel Nederhorst tekenfilms produceert. Grammofoonplaten werden door Polygram gemaakt in Baarn.