Vijf boekjes in een geheime ruimte,  12 meter hoog

Op zachte kussens liggen vijf eeuwenoude boekjes. Beschadigd, beduimeld, intensief gebruikt. Esther van Gelder, conservator Oude Drukken van de KB (Koninklijke Bibliotheek), kijkt ernaar, bijna liefdevol. ‘Het zijn bijzondere boekjes’, zegt ze met een glimlach. ‘Het zijn de vijf boekjes die in 1896 werden gevonden in de gemeentetoren van Boskoop. Wij hebben ze sindsdien in de collectie. We passen er goed op’.

In onze nationale bibliotheek in Den Haag liggen enkele miljoenen boeken. Van Gelder waakt over de oude drukken. Dat zijn de boeken die zijn gemaakt vanaf circa 1460, de introductie van de boekdrukkunst in ons land, tot 1800. En dus ook over ‘De Vijf van Boskoop’.

De boekjes werden gevonden toen de toren, die toen ook al tegen de dorpskerk aan stond, in 1896 moest worden afgebroken. De toren was een jaar eerder zwaar beschadigd geraakt bij de brand die een deel van de dorpskern verwoestte.

De slopers vonden in de dikke buitenmuur op twaalf meter hoogte een geheim vak, onzichtbaar aan de binnen- en buitenkant. In de geheime ruimte lagen vijf boekjes met een religieuze inhoud. Waarschijnlijk daar meer dan drie eeuwen daarvoor verborgen tijdens de bouw in de periode 1566-1570. De boekjes waren destijds verboden. Wie heeft de boekjes ingemetseld? En waarom?

‘Verboden boekjes’

Esther van Gelder kan uiteraard geen antwoord geven op die eerste vraag, maar wel op de vraag waarom dat is gebeurd. ‘Ze zijn verborgen in die muur omdat het verboden boekjes waren. Het zijn allemaal werken met een religieuze inhoud uit de zestiende eeuw. Dat was de tijd van de reformatie. Het gaat bijvoorbeeld om de Heidelbergse catechismus en dat was een heel belangrijke tekst voor de protestanten. Het werd door hoogleraren in Heidelberg geschreven en daar staan de belangrijkste geloofsleerpunten uit die tijd opgesomd. Een soort van eerste manifest van de protestanten’.

In de zestiende eeuw schudde het westerse christendom op z’n grondvesten door de protestantse reformatie. Dat was een breuk tussen de gereformeerden en de rooms-katholieken. Deze breuk zorgde niet alleen voor veel verbale strijd, maar was ook de oorzaak van een serie oorlogen die meer dan een eeuw zouden duren.

Beeldenstorm

In 1566 leidde de scheuring tot de zogenaamde Beeldenstorm. Daarbij werden kerken bestormd, vernield en ontdaan van heiligenbeelden. Het vereren van heiligen en heiligenbeelden zou volgende de protestanten in strijd zijn met de tien geboden. Dit soort nieuwe ideeën verspreidden de hervormers ook in drukwerk en als snel kwamen deze ‘ketterse’ boeken onder vuur te liggen bij de katholieke overheden. Er waren zelf lijsten met verboden boeken. En de vijf boekjes die in de toren werden gevonden, behoorden daar zeker toe. Ook de dorpskerk, toen nog katholiek, werd slachtoffer van de Beeldenstorm.

De in Boskoop gevonden boekjes zijn bijzonder, weet Van Gelder. ‘Het zijn unieke boekjes. Er zijn maar weinig exemplaren bekend. Van drie van de boekjes is zelfs geen ander exemplaar bekend. Het is dus heel bijzonder dat ze die eeuwen hebben overleefd veilig in die toren’.

Twee van de vijf werken zijn liedboekjes. ‘Het zingen van psalmen was natuurlijk erg belangrijk in de dienst. We hebben er eentje uit 1554. Die is ook echt heel erg aangetast. Waarschijnlijk is er destijds per ongeluk ook een insect ingemetseld. Die heeft de helft van dit boekje weggevreten. Het is erg mooi gerestaureerd door onze restauratoren. Het is opnieuw ingebonden en met heel dun papier zijn ook de bladzijden weer hersteld. Dit zijn onder andere liedteksten van Maarten Luther, de bekende reformator. Dit werd dus gebruikt bij de diensten’.

Gebruikt bij Hagepreken

Haar persoonlijke favoriet is één van de psalmenboekjes. ‘Dit is niet zoals de andere boeken ingebonden in simpel perkament, maar in een vijftiende-eeuws breviarium, een gebedenboek. Dat werd dus hergebruikt als een omslag. En wat er inzit is eigenlijk het meest unieke van deze vijf. Het is het eerste liedboekje wat speciaal gedrukt werd voor gebruik bij de Nederlandse protestantse diensten. Die diensten vonden niet plaats in de kerk want dat was verboden, dus die vonden buiten plaats. Dat zijn de zogenaamde hagepreken’.

En die liedboekjes konden natuurlijk niet open en bloot worden meegenomen. ,,Zeker niet. Die werden opgevouwen en weggestopt. Dat kun je bij deze nog zien”, Zegt Van Gelder terwijl ze het boekje laat zien. ‘Je ziet de vouw na die paar eeuwen nog goed zitten en het is helemaal beduimeld. Veel gebruikt’.

Hoe het met de Boskoopse bezitter van de boekjes is afgelopen, dat vermeldt de geschiedenis niet. Van de drukker van twee van de boekjes is dat wel bekend. Van Gelder: ‘Twee van deze boekjes hebben ze weten te herleiden naar Hermannus Schinckel. Dat was een schoolmeester uit Delft. Hij gaf onder meer muziekonderwijs op de Latijnse school. Schinckel werd eigenlijk tegen wil en dank drukker. Als schoolmeester wilde hij een nieuw liedboek voor het onderwijs maken. Omdat hij daarvoor geen drukker kon vinden, heeft hij uiteindelijk zelf een drukpers en letters gekocht’.

Van de in Boskoop gevonden boekjes zijn er drie in 1566 gedrukt. ‘Dat was ook het jaar van de Beeldenstorm en van al die hagepreken. Kort daarop stuurde koning Filips II van Spanje een landvoogd naar Nederland op orde op zaken te stellen. Dat was de hertog van Alva. Die moest lieden gaan aanpakken die al die ketterse ideeën verspreidden. Alva stelde onder andere de Raad van Beroerte in. Dat is een speciale rechtbank die tot doel had iedereen de berechten die had deelgenomen aan de gebeurtenissen in 1566, 1567, dus ook aan de Beeldenstorm’.

Daarbij werden onderwijzers en drukkers vooral in de gaten gehouden. Van Gelder: ‘Onder druk van Alva en de Raad van Beroerten wilde het gemeentebestuur van Delft een voorbeeld stellen. Dat werd Hermannus Schinckel. Begin 1568 werd hij langdurig verhoord. Hij gaf toe dat hij de boekjes had gedrukt en eigenlijk durfden ze niet anders dan hem ter dood te veroordelen. Dat is ook gebeurd’.

De verhoren zijn vastgelegd in uitgebreide verslagen. Ook heeft de onfortuinlijke onderwijzer afscheidsbrieven aan vrouw en kinderen geschreven. Van Gelder: ‘Daarin bekende Schinckel dat hij verschillende Ketterse boeken, waaronder deze twee, had gedrukt en verspreid. Hij dacht dat het wel toegestaan was, zei hij. Die verslagen en die brieven zijn in 1652 door zijn achterkleinzoon overigens gebruikt in een boekje dat over de zaak is geschreven, met de passende titel Den Delfschen martelaer. Een prachtig boekje dat Schinckel recht doet’. Ook dit boekje wordt zorgvuldig bewaard in onze nationale bibliotheek.

In dezelfde veilige en qua klimaat goed geconditioneerde omgeving waarin ook de Boskoopse, inmiddels ruim 450 jaar oude boekjes worden bewaard. De vijf zijn gedigitaliseerd en via de website van de nationale bibliotheek online in te zien.

Onderzoek hoogleraar Acquoy

Dat geldt overigens ook voor het artikel dat de hoogleraar dr J.G.R. van Acquoy heeft geschreven over de boekjes. Onmiddellijk na de ontdekking van de boekjes in 1896, werd hij ingeschakeld om de boekjes te onderzoeken.

In het artikel ‘De vijf in den toren te Boskoop gevonden boekjes’ doet hij uitvoerig verslag van zijn bevindingen. Om te beginnen beschrijft hij de boekjes. Drie van de vijf dragen het jaartal 1566, eentje is van 1554 en de vijfde schijnt omstreeks 1540 te zijn gedrukt. ,,Opmerkelijk is het dat juist de drie boekjes met het laatste genoemde jaartal er frisch en gaaf uitzien, terwijl de twee oudere blijkbaar veel in handen of in den zak zijn geweest”, aldus Acquoy.

Hij moest het nog doen met het exemplaar van het liedboekje dat zwaar was aangetast door een knagend insect of een tor. Dat was gelukkig niet de belangrijkste, aldus de hoogleraar. Maar dat gold wel voor het ‘psalm- en gezangenboekje ten gebruike bij de Geuzenpreek in 1566’. Van Acquoy: ,,Het is geheel onbekend. Zelfs de grootste boekenvrienden en verzamelaars van vroeger en later tijd hebben er (…) geen exemplaar van bezeten. Niemand kon zelfs vermoeden dat er zulke een boekje had bestaan”.

De vijf in de toren gevonden werken zijn:

  • Een boekje van geloof, hoop en liefde, en van de bruid van Christus;
  • Een exemplaar van de Nederlandsche Geloofsbelijdenis met het jaartal 1566;
  • Een Heidelbergsche Catechismus van 1566;
  • Een psalm- en gezangboekje dat werd gebruikt bij de Geuzenpreek in 1566;
  • Een geestelijk liedboekje van 1540 in het Neder-rijnsch.

De boekjes werden na het onderzoek door Acquoy door de gemeente Boskoop geschonken aan de Koninklijke Bibliotheek (KB) in Den Haag. Het artikel van dr J.G.R. Acquoy bevindt zich ook in de bibliotheek van de Historische Vereniging Boskoop.

Het is ook via internet te raadplegen: 

Acquoy, dr. j.G.R (1896) De vijf in den toren van Boskoop gevonden boekjes: (https://books.google.nl/books?id=aYVnAAAAcAAJ&printsec=frontcover&hl=nl&source=gbs_ge_summary_r&cad=0#v=onepage&q&f=false

KW 346 G 34 Een profitelijck ende troostelick boecxken vanden gheloove ende hoope [S.l. : s.n.] [ca. 1540]

KW 1709 F 24 Geistlike Leder vnd Gesenge van framen Christen gemaket, welckere nicht ym Wittenbergesche Sangbökelin stan Gedrückt tho Wesell : by Derick van der straten, 1554.

KW 1714 E 29 Catechismus, ofte Onderwijsinghe in de christelicke leere, gelijck die in kercken en̄ scholen der cheur vorstelicken Paltz, ghedreuen oft gheleert wordt. / Translated from the German into Dutch. Heidelberg Catechism.  [Delft : H. Schinckel] 1566.

KW 1714 E 19 Bekentenisse of belijdenisse des gheloofs. Int gemeyn, ende eendrachtelicken vāden gheloouighen, die in de Nederlanden ouer al verstroyt zijn [Delft : H. Schinckel] 1566.

KW 1714 E 33 Sommighe Psalmen ende ander ghesanghen, diemen in die christen ghemeynte in dese Nederlande is gebruykende [Emden] : [Gellius Ctematius [=waarschijnlijk: Gillis van der Erven]] 1566