Het proveniershuis gelegen aan de Overschiesestraat 1-3 is gebouwd tussen 1756 en 1761 naar een ontwerp van stadsarchitect Arij van Bol'es. Het kwam in de plaats van een ouder complex. Sinds de middeleeuwen had daar, buiten de oude omwalling van de stad, een leprooshuis gestaan. In de zeventiende eeuw werd dat een proveniershuis. Midden achttiende eeuw verkeerde het complex in zo’n erbarmelijke staat dat werd besloten tot nieuwbouw.
Zogenoemde proveniers of kostkopers waren vrij welgestelde ouderen die zich inkochten bij een proveniershuis en vervolgens levenslang kost en inwoning kregen. Hun levensonderhoud werd bekostigd uit de opbrengsten van de inkoopsom, die zo voordelig mogelijk moest worden belegd. In 1770 waren er 58 bewoners, de hoogste bezetting die het huis ooit haalde. Maar in 1827 telde het huis nog slechts drie bewoners en in 1834 overleed de laatste provenier. Daarna stond het huis enige tijd leeg, totdat de magistraatsarmenkamer het in 1846 overnam en het proveniershuis veranderde in een armenhuis. De armen kregen er ook kost en inwoning, maar onder een duidelijk ander regime dan hun vermogender voorgangers. Er woonden vooral ouderen in het armenhuis. Het gebouw bleef in beheer van het burgerlijk armenbestuur tot 1965, maar was eigendom van de gemeente. Op 1 januari 1965 werd echter de bijstandswet van kracht en daarmee was de gemeente volledig verantwoordelijk voor het wel en wee van de 'armen'. In februari 1965 ging daarom naast het eigendom ook het beheer van het gebouw over naar de gemeente. Het beheer met betrekking tot de verzorging van armen en bejaarden door de gemeente duurde niet lang; in 1969 vertrok de laatste bejaarde bewoner van het Proveniershuis. De gemeente verhuurde daarna verschillende kleine panden als woon- en/of werkruimte aan zowel individuen als organisaties. In 1981 brandde de rechtervleugel uit en moest het gebouw worden gerestaureerd. Na de restauratie werd het pand bestemd voor huisvesting en kwam het in eigendom van woningcorporatie Woonplus. Sinds 2005 is het Proveniershuis eigendom van Vereniging 'Hendrick de Keyser', een vereniging die zich inzet voor het behoud van architectonisch of historisch waardevolle huizen in Nederland. De kleine woningen worden nog steeds verhuurd.