Een Dubbeldammer is een Dubbeldammer en een Dordtenaar een Dordtenaar. Hoewel ze al eeuwenlang op hetzelfde eiland wonen, zijn de Dordtenaren ‘stadsvolk’. Bovendien waren de Dordtenaren in hun groeidrift altijd bezig met ‘landjepik’. Dubbeldammers zijn trots op hun dorp en krijgen het woord ‘wijk’ niet uit hun strot. Ze hebben zelfs een eigen vlag! Wat maakt deze wijk van Dordrecht, pardon: dit dorp op het Eiland van Dordrecht zo bijzonder?
Dubbeldam voor de Sint-Elisabethsvloed
Over de oudste geschiedenis van Dubbeldam is weinig bekend. Het bestond al voor de Sint-Elisabethsvloed en was een ambacht aan een dam in het riviertje de Dubbel, waarmee de naamgeving zich gemakkelijk verklaart. In 1282 wordt Dubbeldam voor het eerst vermeld, maar die middeleeuwse woongemeenschap lag veel westelijker, vlak onder Dordrecht.
Middeleeuwse begraafplaats
In 1990 werd er op een bouwterrein aan de Dubbelsteynlaan een middeleeuwse begraafplaats aangetroffen. Na archeologisch onderzoek werd deze gedateerd in de veertiende eeuw. Men nam voorzichtig aan dat deze begraafplaats op de noordoever van het riviertje de Dubbel bij het dorp Cruyskerke hoorde. Hoe dan ook, op de locatie van het huidige Dubbeldam bevond zich toen al een dorp met een kerk.
Het nieuwe Dubbeldam
De oude rechten van de verdwenen ambachten bleven ook na de Sint- Elisabethsvloed bestaan. Toen er in de zestiende eeuw plannen ontstonden om het gebied in te polderen, haalde de heer van het verdronken ambacht De Mijl zijn oude rechten tevoorschijn. Er werden landmeters aan het werk gezet om die vast te leggen. Dubbeldam zou uiteindelijk gaan bestaan uit de Noord- en Zuidpolder, de Alloysenpolder en de polder Oud-Dubbeldam.
In 1632 bestond het 'nieuwe' Dubbeldam uit 56 woningen en een kerk. Een eeuw later waren dat er 107. In 1850 stonden er 243 huizen, waarin 1540 personen woonden.
Na inpoldering werd Wieldrecht in 1659 een zelfstandig ambacht. In 2018 overleed jonkvrouw Emilie Pauw van Wieldrecht, vrouwe van Wieldrecht, douairière jonkheer dr. Emile Gerbrand Elias, als laatste telg van het oude geslacht Pauw van Wieldrecht. Een deel van het voormalige ambacht Wieldrecht is hierna overgegaan op haar kleinzoon.
Na samenvoeging in 1857 met de zelfstandige gemeenten Wieldrecht en De Mijl besloeg het grondgebied van Dubbeldam ongeveer driekwart van het Eiland van Dordrecht. Dat was tegen de zin van Dordrecht, dat buiten zijn afgebroken stadsmuren nauwelijks over groeimogelijkheden beschikte. Nadat het verboden werd overledenen in kerken te begraven, vonden zelfs Dordtse doden hun laatste rustplaats in Dubbeldamse aarde.
In 1871 waren er 3820 Dubbeldammers, in 1900 waren dat er 5944 en tijdens de annexatie door Dordrecht in 1970 ruim 10.000.
Dubbeldam heeft er alles aan gedaan om zelfstandig te blijven. Het wilde een tweelingstad van Dordrecht worden en - door het ontwikkelen van woonwijken in de polders - uitgroeien naar 50.000 inwoners. Het mocht allemaal niet baten: op 1 juli 1970 kwam er een einde aan het zelfstandige bestaan en werd Dubbeldam een wijk van Dordrecht.
Maar die vlag hebben ze, want ééns een Dubbeldammer, altijd een Dubbeldammer!