Een groot deel van de bevolking van West-Friesland is niet oorspronkelijk West-Fries. Dat was vroeger al zo. West-Friesland was omgeven door water en hét vervoersmiddel was de schuit. Er kwamen zich zelfs Scandinaviërs vestigen en in de zestiende eeuw Spaanse soldaten. En joden. De eerste West-Friese joden kwamen van Spanje en Portugal, waar ze werden vervolgd. Het werd hun in Hoorn overigens verboden handel in het klein te drijven, op markten bijvoorbeeld. Alleen groothandel was toegestaan, met pakhuizen en scheepsruimen vol goederen. Arm waren die joden dus niet. Rond 1700 vertrokken ze weer, toen de handel hier inzakte. Na 1760 kwamen nieuwe joden, arme, Oost-Europese; vooral naar Hoorn. En Duitsers. 'West-Friese' namen als Welkers, Lampe, Bruggemann, Oostermeijer, Brinkman, Huisman, Stockman - Stockmann was ooit marskramer te Hoogwoud - waren oorspronkelijk katholiek én Duits.
Er zijn ook West-Friezen vertrokken. Altijd is er emigratie geweest naar met name Amsterdam en overzee. Steeds bescheiden aantallen. Massaler werd de uittocht na de oorlog, toen werd gevreesd dat het kaalgeplukte Nederland geen toekomst meer had. West-Friezen gingen gesubsidieerd naar Canada, Australië en Nieuw-Zeeland.
Tot zover over migratie vanuit of naar het buitenland. Veel meer invloed echter op West-Friesland had de zogenaamde overloop, de migratie binnenlands, korter geleden. Die overloop was niet zoals de eerdergenoemde migratie min of meer spontaan, ze werd bedacht en georganiseerd, door de regering. Die begon zich rond 1960 te realiseren dat het snel groeiende aantal Nederlanders - er werd geschat dat er in het jaar 2000 twintig miljoen zouden zijn - niet in de grote steden samengepakt kon blijven wonen. Ook de welvaart nam trouwens onverwacht sterk toe, met als gevolg dat al die mensen ook nog grotere huizen wilden en dat steeds meer bedrijven ontstonden. Bovendien groeide het aantal alleenstaanden, de pil was uitgevonden, het gezinsleven raakte uit de gratie. Dé oplossing voor het gebrek aan ruimte waren de dun bevolkte gebieden vlak buiten de Randstad, onder andere West-Friesland. Niet alleen het aantal West-Friezen is veranderd, ook hun kleur. Er zijn mensen uit ons oude Indië, Suriname, de Antillen, Vietnam, Marokko en Turkije bij gekomen. Ze hebben vooral de West-Friese eetcultuur verrijkt. Er staan nu 'moskeeën' in West-Friesland, wie had dat vijftig jaar geleden kunnen denken!
De West-Friese geschiedenis is er een van eeuwen. Eeuwenlang is West-Friesland tamelijk hetzelfde gebleven. Het is juist in onze tijd dat het grondig veranderde, door ruilverkaveling en overloop. De grond is veranderd, de bevolking is veranderd. West-Friesland is nog steeds West-Friesland, maar het is minder specifiek geworden. Het is zaak het West-Friese van West-Friesland te benadrukken en te behouden, want van hetzelfde is er al genoeg.
Uitgelicht
Hoorn groeide van 12.000 inwoners in 1930 naar 70.000 in 2000. Ook Alkmaar was als groeikern aangewezen, maar dat project stagneerde; niet Alkmaar maar Heerhugowaard explodeerde, van 6800 inwoners in 1960 naar 50.000 nu. Heerhugowaard zal trouwens blijven doorgroeien als deel van de HAL: Heerhugowaard, Alkmaar, Langedijk.
De groei van de steden was ook bedoeld om de dorpen, het landelijk schoon, te ontzien. Die opzet is mislukt; er staat nogal wat lelijke nieuwbouw in West-Friese dorpen. Ook ging de bevolkingsgroei niet gepaard met een evenredige groei van het aantal arbeidsplaatsen; veel West-Friezen werken ver van huis.