Het Fochteloërveen is een natuurgebied dat vlakbij Veenhuizen ligt. Het is erg bijzonder omdat het een van de weinige hoogveengebieden in Nederland is. Daarom is het een natuurmonument. Het natuurgebied is bijna net zo groot als 5000 voetbalvelden.
Veenvorming
Veen is een grondsoort. Net als bijvoorbeeld klei en zand. Veen bestaat uit afgestorven planten. Normaal gesproken verteren dode plantenresten. Maar als het erg nat en vochtig is dan lukt dit niet in de natuur. De dode plantenresten verteren niet, maar hopen op. En zo ontstaat veen. Er zijn twee soorten veen: laagveen en hoogveen.
Laagveen
In het westen van Nederland komt veel laagveen voor. Laagveen ligt onder de waterspiegel. Het bestaat vooral uit resten riet, bomen en andere plantensoorten. Mensen graven laagveen af en leggen dit te drogen. Het gedroogde veen noemen we turf. Lange tijd wordt turf gebruikt als brandstof voor de haard.
Hoogveen
In het oosten van Nederland komt juist veel hoogveen voor. Hoogveen ontstaat op plekken waar regenwater blijft staan. Hierdoor kunnen de veenmossen goed groeien. Ook hier kunnen de afgestorven veenmossen niet verteren. Hoogveen bestaat dus uit onverteerde plantenresten.
Fochteloërveen
Er zijn verschillende pogingen gedaan om het Fochteloërveen af te graven. Maar dit is nooit helemaal gelukt. Gelukkig maar, want nu is het een mooi en belangrijk natuurgebied.
Slangen
In het Fochteloërveen zijn zeldzame planten en dieren te vinden. Ook komen in dit gebied wel drie soorten slangen voor: de adder, de ringslang en de gladde slang. De adder is een giftige slang. Maar zijn gif is niet dodelijk.
De uitkijktoren
In het Fochteloërveen staat ook een uitkijktoren. Deze uitkijktoren is maar liefst 18 meter hoog. Vanuit de toren heb je een mooi uitzicht over het natuurgebied.