Wapengekletter bij Venebrugge

Slag op de Hardenbergerheide

Tijd van ontdekkers en hervormers

Ten aanval!

Philip van Hohenlohe was met zijn grote leger, bestaande uit 1.400 ruiters, 1.800 voetsoldaten en vijf kanonnen, onderweg naar Groningen. In Coevorden aangekomen, hoorde hij dat een Spaanse leger, onder leiding van Maarten Schenk vlakbij was. Philip wilde de Spanjaarden graag in de pan hakken. Daarom trok hij op 17 juni 1580 met zijn leger richting Hardenberg. Wat Philip niet wist, was dat het kleine legertje van Schenk goed uitgerust was en klaar voor de strijd…

en Spanjaard de baas

De Spaanse koning Filips II (de tweede) was vanaf 1555 de baas over de Nederlanden. Hij was een strenge koning. Filips wilde alles zelf beslissen. Ook vond de koning dat alle inwoners katholiek moesten zijn. Net als hijzelf. Veel mensen hadden juist moeite met het katholieke geloof. Zij waren bijvoorbeeld tegen het vereren van beelden in de kerk. Deze mensen werden protestanten genoemd. Filips II liet de protestanten streng straffen.

Opstand

"Zo kan het niet langer", dacht een aantal mannen in Nederland. Eén van hen was Willem van Oranje. Die ken je misschien uit ons volkslied. Willem en zijn vrienden waren van adel en protestant. Ze wilden niet dat de koning in zijn eentje de baas speelde in Nederland. En ze vonden dat de koning moest stoppen met het straffen van protestanten. Filips II werd erg boos toen hij hoorde wat Willem en zijn vrienden wilden. Dat zou nooit gebeuren! Daarom kwamen de mannen in opstand tegen hun koning.

Oorlog

Na 1566 liep het uit de hand. De protestanten maakten de beelden in veel katholieke kerken kapot. Woedend stuurde de koning een groot leger naar de Nederlanden. Vanaf dat moment waren de Nederlanden en Spanje in oorlog. In Overijssel misdroegen de Spaanse soldaten zich verschrikkelijk. Daarom koos Overijssel in 1578 de kant van Willem van Oranje.

Slag op de Hardenbergeheide

De strijd tussen de opstandelingen en de Spanjaarden op de Hardenbergerheide was één van de grootste veldslagen uit die tijd in Overijssel. Eerst leek het erop dat het opstandelingenleger van Philip zou winnen. De Spaanse ruiters van Maarten Schenk konden niet op tegen de kanonnen van Philip en sloegen op de vlucht. Snel gingen Philip en zijn ruiters er achter aan. Maar ze hadden niet gerekend op de reservesoldaten van Schenk: deze vielen de voetsoldaten van Philips aan. Bang sloegen ze op de vlucht. Het leger van Philip was verslagen.

Boze boeren

De soldaten vluchtten richting Gramsbergen, Radewijk en De Velde. Daar hoopten ze veilig te zijn. Maar ze verder aangevallen door een andere groep mannen: de boeren. De boeren waren zo zat van de plunderende soldaten van beide partijen, dat ze iedere soldaat die ze in handen kregen aan de hooivork regen. Philip verloor op 1 dag 1.500 van zijn soldaten.

Verschrikkelijke jaren

In de jaren die volgden werd er hard gevochten in Overijssel. De boeren hadden er veel last van. Soldaten roofden de oogst en staken boerderijen in de brand. Ook de steden hadden te lijden onder de oorlog. Pas in 1626 waren de opstandelingen de baas in heel Overijssel.