Gehuwde geïnterneerde Belgische militairen mochten hun gezinnen in de omgeving onderbrengen en voor hen waren er bezoekregelingen. Dit veroorzaakte in de buurt van de kampen grote kamernood. Om de vrouwen en kinderen op te vangen werden speciale dorpen gebouwd. Zo was Albertsdorp een kamp voor vrouwen en kinderen van geïnterneerden. Het lag in Soesterberg aan de Amersfoortsestraat 91, op anderhalve kilometer van Kamp Zeist. Er was plaats voor zeshonderd mensen. In Amersfoort lagen nog twee van dit soort dorpen: Elisabethdorp en Nieuwdorp. Die bevonden zich beide op de Vlasakkers in de Bokkeduinen, naast het spoor in de buurt van het huidige asielzoekerscentrum Amersfoort tegenover het dierenpark.
In de loop van de oorlog trokken echter veel geïnterneerden weg, omdat ze werk vonden. Veel Nederlanders waren tenslotte onder de wapenen geroepen en hun werk moest wel gedaan worden. Zo stroomden de kampen leeg en kon ook een aantal van de vrouwenkampen worden gesloten.