Diemen was lang een lieflijk dorpje, een toevluchtsoord vanuit het drukke Amsterdam. Rond 1640 tot ongeveer 1650 trok Rembrandt er op uit om in de omgeving van Amsterdam te schetsen. Hij wilde het inheemse landschap vastleggen om later deze schetsen voor tekeningen of schilderijen te gebruiken. Hij volgde daarbij de oude dijk- en landwegen. Zo kwam hij ook, via de Diemerzeedijk en de Afloop, naar Diemen, onze woonplaats binnen lopen. In Diemen-Noord stond op de huidige begraafplaats Gedenk te Sterven de Mariakerk, van verre te herkennen aan haar fraaie, spitse toren. Rondom de kerk stonden boerderijen, herbergen – waarvan er een tegelijk rechtbank was -, bakkerijen en andere bedrijfjes.
Op de tekening staan alle gebouwen op een kluitje maar in werkelijkheid stonden twee boerderijen, links en rechts van de weg, veel dichter bij Rembrandt, zo weten we door archiefonderzoek en het bestuderen van oude kaarten. De boerderij aan de rechterkant is nog te herkennen als het huidige gezondheidscentrum Diemen-Noord, al is er veel aan verbouwd. De boerderij aan de linker kant stond op de plaats van de afgebroken boerderij Einde Vreugd. Het is een langhuisstolpboerderij. Deze combineerde een stolp, waar het hooi in lag, met een langhuis. Kort hierna verdween de stolp en kwam er een losse hooiberg naast de boerderij te staan. Alhoewel het dus lijkt alsof Rembrandt ‘naar ‘t leven’ schilderde, heeft hij de bebouwing als het ware in elkaar geschoven. Juist in Diemen is zijn werkwijze bewezen. Het ging hem meer om de sfeer van een zo gegroeid, samenhangend geheel, een eiland van lucht en land te midden van het verder lege landschap. Hij maakte ter plekke enige schetsen en geregeld combineerde hij die thuis tot een ets. Hij probeerde altijd het karakteristieke, het eigenaardige van de hoofdzaken te raken. Hij week daarmee af van zijn tekenende tijdgenoten die voor de toen moderne trend van het nieuwe en strakke uitgingen.
Rembrandt trok de natuur in vanuit een innerlijke behoefte. Hij zag de natuur als de meester van de schilderkunst en een schepping van God. Een gedachte die hem wellicht troost gaf want het zat hem ook niet altijd mee in zijn leven. Hij schilderde niet uit commerciële motieven maar er was wel een kleine kring van liefhebbers die zijn etsen en tekeningen wilde kopen.
Een andere tekening van Rembrandt laat een situatie zien die je je met een beetje verbeelding zo kunt voorstellen. Als je in Diemen-Noord de Nesciobrug overgaat kom je op vroeger Diemens grondgebied: de Diemerzeedijk. Hier begon de Afloop naar Diemen, nu onderbroken door het Amsterdam-Rijnkanaal. Aan de linkerkant staat een mooi wit huis, Zomerlust genaamd; een vroegere burgemeesterswoning van Diemen. Aan de rechterkant is een wat dichtgegroeide, drassige waterpartij te zien. Hier stond de door Rembrandt getekende langhuisstolpboerderij (zie afbeelding 2), ook met een waterpartij. Deze was veroorzaakt door een doorbraak van de Diemerzeedijk. Op de uitgebouwde bakstenen opkamer stond aanvankelijk een schoorsteen. Rembrandt heeft deze naderhand met witte verf weggewerkt. Daarbij stond in de bocht van de Afloop een huisje, zo blijkt uit een akte uit 1634. Rembrandt heeft het huisje weggelaten. Blijkbaar vond hij dit een storend element en wilde hij zich concentreren op de karakteristieke boerderij. Diemen mag zich vereerd voelen dat Rembrandt hier deze inspiratie gevonden heeft.
Ellen van Meurs
Verder lezen:
- Bakker, B., Berge-Gerbaud, M. van, Schmitz, E. en Peeters, J.: Het landschap van Rembrandt: Wandelingen in en om Amsterdam, Gemeentearchief Amsterdam en, Fondation Custodia (Institut Néerlandais), Parijs, 1998-99.
- Haag, Jaap, Mondriaan in Diemen, Tijdschrift HKD, jrg. 19 2009- 2, p. 37 (prikbord) met afb. van: Piet Mondriaan De vinkenbrug bij Diemen 1902, olieverf op doek (particuliere verzameling).
- Schmitz, E.: Boerderij Zeldenrust in Diemen-Noord historisch bekeken, in blad
HKD, jrg.2 1992 -1