In 1973 kreeg Blokzijl de status van beschermd stadsgezicht. Dit biedt bescherming tegen rigoureuze ingrepen in de stedenbouwkundige structuur. En de aanwijzing van individuele panden tot Rijksmonument verzekert hun behoud in de bestaande toestand. Een aantal 17de-eeuwse panden genoot al langer bescherming, omdat ze al eigendom waren van de Vereniging Hendrick de Keyser.
Contacten met Noord-Holland
Blokzijl stond in de 16de en 17de eeuw in nauw contact met Noord-Holland. Allereerst waren er handelsbanden. De turf die vanuit Blokzijl werd uitgevoerd, werd verscheept naar de Zaanstreek, het toenmalige industriegebied. De banden werden verstevigd tijdens de Tachtigjarige Oorlog, toen Diederik van Sonoy met zijn garnizoen naar Blokzijl kwam om van daaruit de Spanjaarden te bestrijden. In het verlengde daarvan bemoeiden de Staten van Noord-Holland zich ook met Blokzijl: zij benoemden en betaalden de eerste predikanten in de periode 1584 tot 1601. Veel huizen in Blokzijl werden ook op dezelfde manier gebouwd als in de steden van Noord-Holland.
Prachtige gevels
In Blokzijl zijn opvallend veel gevels uit de 17de eeuw te bewonderen. Het vroegste jaartal op een gevelsteen is 1610, adres Zeedijk 3. Dit betreft echter de terugplaatsing van een oude gevelsteen in een vernieuwde gevel. Het pand Kerkstraat 16 draagt het jaartal 1615. Dit monument heeft een grote, ingezwenkte klokgevel, maar was waarschijnlijk oorspronkelijk voorzien van een trapgevel. Trapgevels, halsgevels, combinaties van trap- en halsgevels, klokgevels en lijstgevels uit verschillende periodes zijn in Blokzijl aanwezig. Verschillende gevels vertonen twee jaartallen, zoals Kerkstraat 16, dat naast het jaartal 1615 ook het jaartal 1810 draagt. Waarschijnlijk is dat het jaar dat de gevel zijn huidige ingezwenkte klokgevelvorm kreeg. Ook het pand Bierkade 6 draagt het jaartal van de vernieuwing van de gevel in de top. In 1783 kreeg deze halsgevel de huidige rococo topafdekking, waarbij de oude klauwstukken (gevelornamenten) en het oeuil-de-boeuf (oogvormig raam) werden hergebruikt. De panden aan de Bierkade zijn trouwens dijkhuizen, als het ware tegen de Zuiderzeedijk gebouwd, waardoor de kelder, die aan de voorzijde gedeeltelijk onder de grond ligt, aan de achterzijde op tuinniveau uitkomt.
Vereniging Hendrick de Keyser
In 1918 werd de landelijk werkende Vereniging Hendrick de Keyser opgericht met als doel het behoud van architectonisch of historisch belangrijke gebouwen. De vereniging noemde zich naar de beroemde Amsterdamse architect en beeldhouwer Hendrick de Keyser (1565-1621) en heeft bezittingen in het hele land. In Blokzijl zijn negen huizen eigendom van de Vereniging. De eerste huizen werden al in 1926 aangekocht. Dit waren de panden Kerkstraat 2, 20, 22, 24, 26 en 28. Tijdens onderhandelingen over de aankoop van Kerkstraat 2 woedde achterin die straat een grote brand. De vereniging kocht toen ook de gespaard gebleven, maar wel beschadigde huizen aan het eind van de Kerkstraat. In 1960-1961 volgde aankoop van de panden Bierkade 6, 7 en 8 en Kerkstraat 16. De huizen worden verhuurd aan particulieren. In het begin van haar bestaan had de Vereniging in Amsterdam haar grootste bezit, daarna kwam Blokzijl! Mede dankzij de inspanning van Hendrick de Keyser zijn in Blokzijl tal van beeldbepalende woonhuizen bewaard gebleven.
Blokzijlkamer
Blokzijl telt meer dan vijftig panden die aangewezen werden als Rijksmonument. Meestal zijn in het interieur de originele wanden en vloeren verloren gegaan. In het Stedelijk Museum Zwolle is gelukkig nog steeds de Blokzijlkamer te bekijken, zo genoemd omdat de betimmering en de vloer afkomstig zijn uit een 17de-eeuws huis uit Blokzijl. De betimmering toont de typische Hollandse renaissance stijl uit omstreeks 1640 en is een voorbeeld van de manier waarop welgestelde burgers in deze tijd hun huizen inrichtten. De onderdelen werden in 1888 naar het museum overgebracht en het geheel werd aangekleed met gebruiks- en siervoorwerpen, eveneens uit de 17de eeuw.