Architect J.A.G. van der Steur werd in 1961 gevraagd een plan voor de inrichting van het Uithofterrein te maken. Zijn eerste opzet bestond uit een rechthoekige verkaveling. De vroegere Johannapolder werd ingedeeld in rechthoekige terreinen, gescheiden door brede wegen die haaks op elkaar stonden. Elke faculteit kreeg een eigen vlakje, met ruimte voor een faculteitsgebouw en parkeergelegenheid. De historische structuur werd door Van der Steur geheel genegeerd. Alleen de botanische tuin werd ingepast in het bestaande Fort Hoofddijk. Net als het stedenbouwkundig ontwerp, kenmerkten de eerste gebouwen zich door zakelijkheid en rechtlijnigheid. In 1963 werd Transitorium 1 (nu Ruppertgebouw) opgeleverd. Architect S.J. Wouda ontwierp een overdekte straat, met links en rechts multifunctionele collegeruimtes. Het was een tijdelijk gebouw, zodanig ontworpen dat de eerste generaties studenten niet jarenlang in een bouwput hoefden rond te lopen. Hierna werd stevig doorgebouwd, echter zonder dat het plan van Van der Steur officieel was goedgekeurd. Er ontstonden afzonderlijke clusters van gebouwen, verspreid over een groot gebied zonder duidelijke samenhang. Kenmerkend was ook de zakelijke en neutrale stijl van bijvoorbeeld de ontwerpen van Transitorium 1, 2 (nu het Van Unnikgebouw) en 3 (nu het Kruytgebouw). Niets verried dat het om universiteitsgebouwen gaat.