Stamppot boerenkool
Nasi met kroepoek en satésaus, pizza, ijs, roti, of een broodje kebab. Kun je je voorstellen dat je deze gerechten nooit zou eten? In de tijd dat je opa en oma jong waren, kende bijna niemand in Overijssel deze buitenlandse gerechten. De mensen aten aardappels, groenten en soms vlees.
Nasi
Vroeger was Nederland de baas in Indonesië en Suriname. Toen de Indonesiërs en Surinamers in 1949 en 1975 zelfstandige landen werden, kwamen er veel mensen naar Nederland en ook Overijssel. Zij werden immigranten genoemd. De Indonesiërs en de Surinamers moesten erg wennen aan het Nederlandse eten. Daarom kookten ze vaak hun eigen gerechten. Langzaam namen de Nederlanders wat van deze gerechten, zoals nasi, over.
Pizza
Rond 1960 kwamen veel buitenlanders in Overijssel werken. Ze werden gastarbeiders genoemd. In Nederland was veel werk en er waren te weinig mensen om dat werk te doen. Daarom haalden fabrieken mannen uit Italië, Spanje en later uit Turkije en Marokko naar Nederland. De gastarbeiders zouden niet lang blijven, maar na een paar jaar lieten ze hun gezinnen overkomen. Ook deze mensen namen hun eigen gerechten mee, zoals pizza, ijs en couscous.
Niet alleen eten
In Overijssel wonen ook mensen die gevlucht zijn uit landen waar oorlog was. Zo ook de Suryoye. Deze Syrisch-Orthodoxe christenen uit Turkije en Syrië gingen in Twente wonen en richtten hun eigen kerken en klooster op. Andere Turken en ook Marokkanen zijn islamitisch. Zij gaan naar de moskee. In 1974 werd de eerste moskee in Overijssel gebouwd. Deze staat in Almelo.
Samen leven
In 50 jaar tijd kreeg Overijssel veel nieuwe bewoners. Dat ging niet altijd goed. Soms maakten de jongens ruzie met de Spaanse en Italiaanse arbeiders om de meisjes. Maar tegelijkertijd hebben de Overijsselaars veel over de wereld geleerd van de immigranten. Dat merk je alleen al aan de veranderde eetgewoonten.