In 1667 hadden de Nederlanders het bestuur van de kolonie Suriname overgenomen van de Engelsen. Vanaf 1735 kwamen hernhutters naar Suriname, die daar een Evangelische Broedergemeente vestigden. Oorspronkelijk waren de gedachten in Hernhut bij uitzending naar Suriname mede uitgegaan naar de 350.000 slaven, die uit West-Afrika naar de kolonie gebracht waren. De opdracht van de eerste zendelingen luidde: 'of daar iets voor de Heiland te doen zou zijn'.
Jaarlijks wordt in Zeist de feestelijke zendingsdag en -markt gehouden. Deze geschiedenis is de oorzaak van het feit, dat Zeist een ontmoetingsplaats voor Surinamers in Nederland is geworden. Op 2 juni 1961 bracht koningin Juliana een bezoek aan Zeist. Op de pleinen toonde zij veel belangstelling voor de Surinaamse gemeenschap.