Houtfabrieken

Griendcultuur

De griendcultuur nam langzaam af, maar de aanwezigheid van goedkope arbeidskrachten en de goede bereikbaarheid van IJsselstein over water maakte de stad aantrekkelijk voor houtindustrie. In 1832 vestigde timmerman Bernard Schilte zich in IJsselstein. Hij kon zijn bedrijf verbreden door de houtdraaierij van Brouwer over te nemen. Het ging de firma voor de wind. Onder de zonen van Schilte werd het een van de belangrijkste werkgevers van de streek en was het de eerste fabriek waar in 1892 electriciteit zijn intrede deed. Hout was ook de grondstof van het wielenmakersbedrijf van Van Rooijen in Montfoort. Ook daar werd het hout via het water aangevoerd. Van Rooijen maakte ook carrosserie en ging samenwerken met een Woerdense carrosseriefabrikant. De fabriek werd steeds groter, een complex van werkplaatsen, zagerijen, smederijen, kantoren en arbeiderswoningen.