De patriotten hadden grote delen van Holland en Utrecht militair versterkt. De stadhouderlijke troepen dachten een grote slag te slaan door Utrecht te omsingelen. Met een tangbeweging wilde men dit hoofdkwartier van de patriotten afsnijden en veroveren. Een noordelijk leger zou via De Bilt naar Maarssen trekken, in het zuiden trokken troepen via Rhenen naar Vreeswijk en Jutfaas. Daar stuitten ze in het donker op patriotse troepen uit Utrecht, die bewapend waren met kanonnen. In het donker werd aanvankelijk wat onregelmatig heen en weer gevuurd, maar op de lange smalle dijk tussen Vreeswijk en Jutfaas was er weinig ruimte tot manoevreren. Aan de kant van de Oranjegezinden brak paniek uit en men begon zich terug te trekken. Toen de patriotten hun kanonnen gingen afvuren, veroorzaakte dat een massale vlucht. De patriotten, die een dode hadden te betreuren, vierden de slag bij Vreeswijk als een grote overwinning. De propagandamachine maakte overuren.