Niet alleen met kunst en cultuur hield de bisschop zich bezig. David liet ook machtige werken uitvoeren. Hij stimuleerde de bouw van kerken en huizen en gaf opdracht om ten noorden van Rhenen de Bisschop Davidsgrift te laten graven. Dat verbeterde de waterhuishouding van de Gelderse Vallei, die nogal eens overstroomde. Ook maakte dit kanaal het transport met turfschepen mogelijk. Bij Veenendaal, toen het Rhenense Veen geheten, werd veel veen aangetroffen. Dit kon nu worden gewonnen. Door grensconflicten tussen Gelre en Utrecht in de jaren '80 van de vijftiende eeuw kwam de turfexploitatie stil te liggen en verlandde de nog onvoltooide Grift. Pas halverwege de zestiende eeuw kwam de turfwinning hier goed op gang. De voorraad bleek echter beperkt, zodat na verloop van tijd het commerciële vervenen ophield. Voor lokaal gebruik werd er nog tot in de negentiende eeuw turf gestoken. Dat gebeurde ook bij Overberg.